Foutloos leren bij de onderbouw van het primair onderwijs
Wij hanteren het label Open Access voor onderzoek met een Creative Commons licentie. Door een CC-licentie toe te kennen, geeft de auteur toestemming aan anderen om zijn of haar werk te verspreiden, te delen of te bewerken. Voor meer informatie over wat de verschillende CC-licenties inhouden, klik op het CC-icoon. Alle rechten voorbehouden wordt gebruikt voor publicaties waar enkel de auteurswet op van toepassing is.
Foutloos leren bij de onderbouw van het primair onderwijs
Wij hanteren het label Open Access voor onderzoek met een Creative Commons licentie. Door een CC-licentie toe te kennen, geeft de auteur toestemming aan anderen om zijn of haar werk te verspreiden, te delen of te bewerken. Voor meer informatie over wat de verschillende CC-licenties inhouden, klik op het CC-icoon. Alle rechten voorbehouden wordt gebruikt voor publicaties waar enkel de auteurswet op van toepassing is.
Samenvatting
In dit onderzoek wordt onderzocht of er een verschil in leereffect is tussen een foutloos lerende methode en een fout makende methode. Uit voorgaande onderzoeken blijkt dat er significante verschillen zijn gevonden tussen de foutloos lerende groep en de fout makende groep (Maxwell et al., 2001; Capio et al., 2011). In dit onderzoek wordt onderzocht of deze significante verschillen zich ook bevinden binnen de doelgroep van zes- zevenjarigen bij het bovenhands werpen. Beide groepen hebben een voormeting, nameting en retentietest uitgevoerd. Die metingen waren voor beide groepen gelijk. De groepen moesten zeven pittenzakken tegen een dartbord aan gooien van een afstand van drie meter en de punten die ze hadden gehaald werden genoteerd. Na de voormeting is er een interventie uitgevoerd die voor de twee groepen verschillend waren. Eén groep moest pittenzakken gooien tegen voorwerpen vanaf een afstand van één meter en na vijf oefenbeurten werd de afstand met 50 centimeter verhoogd tot dat er een afstand van drie meter was bereikt. De andere groep moest alle pittenzakken gooien tegen voorwerpen op een afstand van drie meter. De data is beoordeeld met een Repeated Measure Anova en met posthoc t-testen. De gemiddelde prestatie van de foutloos lerende groep was bij de voormeting 14,93 (6,025), bij de nameting 21,30 (4,357) en bij de retentietest 20,37 (6,289). De gemiddelde prestatie van de fout makende groep was bij de voormeting 14,78 (3,190), bij de nameting 17,39 (3,811) en bij de retentietest 15,65 (4,923). Het verschil in leereffect tussen de foutloos lerende groep en de fout makende groep in verbetering was significant (p= 0,011). Het verschil in leereffect tussen de foutloos lerende groep en fout makende groep was tussen de voormeting en de nameting significant (p= 0,021), tussen de nameting en de retentie niet significant (p= 0,632) en tussen de voormeting en de retentietest wel significant (p= 0,002). Over het algemeen kan geconcludeerd worden dat de foutloos lerende groep heeft geleerd en de fout makende groep niet.

Organisatie | Hogeschool van Amsterdam |
Opleiding | Academie voor Lichamelijke Opvoeding |
Afdeling | Bewegen, Sport en Voeding |
Jaar | 2015 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |