Lichamelijke Fitheid op het basis, kader en mavo/havo niveau
Wij hanteren het label Open Access voor onderzoek met een Creative Commons licentie. Door een CC-licentie toe te kennen, geeft de auteur toestemming aan anderen om zijn of haar werk te verspreiden, te delen of te bewerken. Voor meer informatie over wat de verschillende CC-licenties inhouden, klik op het CC-icoon. Alle rechten voorbehouden wordt gebruikt voor publicaties waar enkel de auteurswet op van toepassing is.
Lichamelijke Fitheid op het basis, kader en mavo/havo niveau
Wij hanteren het label Open Access voor onderzoek met een Creative Commons licentie. Door een CC-licentie toe te kennen, geeft de auteur toestemming aan anderen om zijn of haar werk te verspreiden, te delen of te bewerken. Voor meer informatie over wat de verschillende CC-licenties inhouden, klik op het CC-icoon. Alle rechten voorbehouden wordt gebruikt voor publicaties waar enkel de auteurswet op van toepassing is.
Samenvatting
Het doel van dit onderzoek is om te bepalen of er een verband is tussen de lichamelijke fitheid en het opleidingsniveau van jongens en meisjes. Voor het onderzoek is deze relatie van belang omdat daarmee mogelijk de interventie op het opleidingsniveau aangepast dient te worden. De laatste jaren is er een toenemende trend te zien in overgewicht onder jongeren. Overgewicht heeft een risico op gezondheidsproblemen op latere leeftijd. Daarom is van belang om na te gaan of en hoe deze ontwikkeling een halt toegeroepen kan worden. Bij dit onderzoek is de lichamelijke fitheid bepaald van 197 15 jarige leerlingen van het basis, kader en mavo/havo niveau. De lichamelijke fitheid is bepaald met behulp van de Eurofittest op de onderdelen BMI, vetpercentage, verspringen, gebogen arm hang, 10x5 sprint, reikafstand, sneltikken, sit-ups, knijpkracht en de shuttle run test. Van de havo/mavo groep worden er 43 leerlingen getest waarvan er 27 jongens (62,8%) zijn en 16 meisjes (37,2%). Van de kader groep worden er 112 leerlingen getest waarvan er 72 jongens (64,3%) zijn en 40 meisjes (35,7%). Van de basis groep worden er 42 leerlingen getest waarvan er 25 jongens (59,5%) zijn en 17 meisjes (40,5%). Er worden drie onafhankelijke groepen met elkaar vergeleken dus is voor het voorstatistisch beoordelen van de variabelen gebruik gemaakt van de One Way ANOVA. Uit de resultaten voor de onderzoeksvraag bleek er geen significant verschil in lichamelijke fitheid tussen de drie opleidingsniveaus gevonden. Wel is er voor de jongens een significant verschil (p=0,0011) gevonden bij het onderdeel hand knijpkracht. Dit verschil zat tussen het kader en basisniveau waarbij het kaderniveau hoger scoorde. Ook bij de meisjes is één significant verschil (p= 0,001) gevonden. Dit is bij het onderdeel sit-ups. Ook dit verschil zat tussen het kader en basisniveau waarbij het kaderniveau hoger scoorde. Deze resultaten zouden voort kunnen komen uit meerdere factoren. Een daarvan is dat alle leerlingen zijn blootgesteld aan een interventie wat kan betekenen dat de lichamelijke fitheid van alle leerlingen dichter bij elkaar ligt. Conclusie is dat er geen verschil in lichamelijke fitheid tussen opleidingsniveaus is. De oorzaak hiervan zou kunnen zijn dat alle groepen een interventie ontvangen. Er is geen reden om de interventie verder naar opleidingsniveau aan te passen.

Organisatie | Hogeschool van Amsterdam |
Opleiding | Academie voor Lichamelijke Opvoeding |
Afdeling | Bewegen, Sport en Voeding |
Jaar | 2016 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |