De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

Begeleiding aan jongeren in hun sociaal netwerk buiten de Jongerenopvang

Een onderzoek naar de begeleiding aan jongeren in het bespreekbaar maken, opbouwen en herstellen van hun sociale netwerk buiten de Jongerenopvang.

Rechten: Alle rechten voorbehouden

Begeleiding aan jongeren in hun sociaal netwerk buiten de Jongerenopvang

Een onderzoek naar de begeleiding aan jongeren in het bespreekbaar maken, opbouwen en herstellen van hun sociale netwerk buiten de Jongerenopvang.

Rechten: Alle rechten voorbehouden

Samenvatting

Dit onderzoek is gericht op de begeleiding (* zie Leeswijzer) van de Jongerenopvang van Maatschappelijke Opvang regio ’s-Hertogenbosch in het bespreekbaar maken, opbouwen en herstellen van het sociaal netwerk van de jongeren. Het doel van dit onderzoek is om advies en aanbevelingen te geven aan de begeleiders van de Jongerenopvang, hoe zij samen met de jongeren het sociale netwerk kunnen bespreken en dit netwerk buiten de Jongerenopvang te kunnen opbouwen en herstellen. Hiervoor is de volgende hoofdvraag opgesteld: “Hoe kunnen de begeleiders van de Jongerenopvang van Maatschappelijke Opvang regio ’s-Hertogenbosch succesvol begeleiding bieden aan de jongeren als het gaat om het bespreekbaar maken, opbouwen en herstellen van hun sociale netwerk buiten de Jongerenopvang?’’ Deze vraag is ontstaan doordat jongeren na uitstroom van de Jongerenopvang nog veel terugkeerden op de Jongerenopvang om hier contacten op te zoeken. De jongeren hebben nauwelijks sociale contacten buiten de Jongerenopvang. Dit onderzoek is erop gericht de begeleiding zo vorm te geven dat de jongeren tijdens hun verblijf op de Jongerenopvang hun sociale netwerk buiten de Jongerenopvang kunnen opbouwen. Parallel lopend aan dit onderzoek werd er door Merel van der Zijden een onderzoek gedaan naar de eenzaamheid van de jongeren die zowel momenteel nog op de Jongerenopvang verblijven of al zijn uitgestroomd. Hierin is ook onderzocht wat de jongere hierin verwachten in hun begeleiding.
Om antwoord te kunnen geven op de hoofdvraag zijn er interviews gehouden. Er zijn voor dit onderzoek vijf woonbegeleiders geïnterviewd, vier maatschappelijk werkers en één ervaringsdeskundige die werkzaam zijn op Maatschappelijke Opvang regio ’s-Hertogenbosch. Tijdens het onderzoek heeft er een herindeling plaatsgevonden tussen de teams van de organisatie. Dit houdt in dat een aantal van de respondenten na de herindeling niet meer behoorden tot het team van de Jongerenopvang. Er is toch besloten hen te interviewen, vanwege hun ervaring en kennis met betrekking tot de jongeren.
Uit de interviews is er antwoord gekomen op de vraag wat begeleiding al doet met betrekking tot de begeleiding in het sociaal netwerk van de jongeren en waar zij moeilijkheden ervaren. Wat blijkt is, dat de begeleiders goed zijn in het opbouwen van een vertrouwensband met de jongeren. Deze vertrouwensband is de basis voor verdere begeleiding als het gaat om het bespreekbaar maken van het sociaal netwerk. De begeleiders zorgen ervoor dat de jongeren weten dat hun familieleden of vrienden welkom zijn voor bezoek. Daarnaast bestaat er vanuit de Jongerenopvang een activiteit dat MO Actief heet; hier kunnen bewoners van Maatschappelijke Opvang regio ‘s-Hertogenbosch bij elkaar komen om te voetballen. Tijdens deze activiteit weten de jongeren contacten met elkaar op te bouwen. De begeleiders ervaren moeilijkheden in de begeleiding als het gaat om het gehele begeleidingsproces. Tijdens het verblijf van jongeren krijgen veel leefgebieden de aandacht, wat maakt dat het sociaal netwerk minder de prioriteit heeft. De begeleiding ervaart het feit dat ze locatie gebonden werken als een beperking in hun begeleiding. Hierdoor kunnen ze niet met de jongeren buiten de Jongerenopvang stappen ondernemen als het gaat om het opbouwen van nieuwe contacten. Daarnaast geven jongeren tijdens hun verblijf ook aan hier niet over te willen praten, zij herstellen hun contacten liever wanneer zij zelfstandig wonen. Echter is er beperkte nazorg voor de jongeren vanuit de begeleiding wanneer zij uit de Jongerenopvang stromen. Tot slot geven de begeleiders aan onvoldoende kennis te hebben over begeleiding met betrekking tot het sociaal netwerk. Zij voelen zich niet kundig genoeg om de jongeren hier de juiste begeleiding in te kunnen geven.
Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat de begeleiding wel zicht heeft op het probleem, maar het moeilijk te vindt om concrete begeleiding te geven in het sociale netwerk. Dit komt, omdat woonbegeleiding locatie gebonden werkt, er weinig kennis is over hoe de begeleidingsvorm aangepakt kan worden en omdat er binnen het begeleidingsproces geen ruimte is om de jongeren na uitstroom te kunnen begeleiden.
De belangrijkste aanbevelingen zijn om de begeleiding de Sociale Netwerk Strategie-cursus te laten volgen om zich te kunnen professionaliseren op het vlak van begeleiding van het sociaal netwerk. Daarnaast is het van belang dat woonbegeleiding niet langer locatie gebonden hoeft te werken en met de jongeren naar buiten mag om buiten de Jongerenopvang het sociaal netwerk op te bouwen. Het bieden van nazorg is ook een advies en van belang om de jongeren na uitstroom nog te kunnen begeleiden in het zelfstandig wonen en het herstellen van contacten.

Toon meer
PartnerMaatschappelijke opvang regio 's-Hertogenbosch
Datum2017-05-26
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk