Samenvatting

Dit onderzoek komt voor uit nieuwsgierigheid naar mijn bijzondere leerlingen in het cluster 4, basisonderwijs. Ze zijn allemaal uniek. Maar wat weet ik van ze? Wat weten zij van zichzelf? Kan ik iets met die informatie? Of nog belangrijker, kan de leerling iets met die informatie?

In dit verslag wordt mijn onderzoek beschreven waarin ik vorm en tijd geef aan deze informatie. Ik ga bewust in gesprek met leerlingen om te ontdekken welke meerwaarde dat heeft voor de leerling, de groep en de leerkracht. Ik geef de leerlingen een stem.

Uit literatuuronderzoek blijkt dat voicing (stem geven aan de leerling) positief bijdraagt aan het ontwikkelen van zelfconcept van een leerling. De leerling ontdekt dat hij kwaliteiten heeft die waardevol zijn, dat hij onderdeel is van de omgeving, dat er relaties ontstaan en dat wat hij doet betekenisvol is. Dit heeft een positief effect op zijn rust, vertrouwen, eigenwaarde, zelfrespect en draagt bij aan ontwikkeling van de omgeving.

Ik beschrijf wat voicing in mijn praktijk teweegbrengt. Gaat de leerling zich echt beter voelen? En komt dit ten goede van zijn werkhouding? De onderzoeksvraag die centraal staat is:
Wat zijn de effecten van het inzetten van voicing op het welbevinden en de taakgerichtheid van de leerling in de groep?

Om een valide antwoord te krijgen op deze vraag betrek ik leerlingen en leerkrachten van twee groepen bij dit onderzoek. Door middel van interviews met de leerlingen, vraag- en observatielijsten over welbevinden, een observatielijst over taakgerichtheid en gesprekken met de leerkrachten vorm ik een antwoord op deze onderzoeksvraag.

Mijn bevinding is dat de literatuur aansluit bij mijn conclusies. Zowel het welbevinden als de taakgerichtheid neemt toe. Ik beschrijf tevens welke verscheidenheid aan factoren, naast voicing, invloed hebben op dit welbevinden en taakgerichtheid.

Het enthousiasme en plezier dat dit onderzoek met zich meebracht, voor zowel mijn leerlingen als mijzelf, kan alleen al een reden zijn om voicing te blijven inzetten