De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

Ontwikkeling in beeld

Onderzoek naar het in kaart brengen en benutten van de leeropbrengsten op Kentalis Mariëlla

Rechten: Alle rechten voorbehouden

Ontwikkeling in beeld

Onderzoek naar het in kaart brengen en benutten van de leeropbrengsten op Kentalis Mariëlla

Rechten: Alle rechten voorbehouden

Samenvatting

Kentalis biedt landelijke onderzoek, diagnostiek, zorg, onderwijs en onderwijsondersteuning aan mensen met een taalontwikkelingsstoornis en mensen die slechthorend, doof of doofblind zijn. Een van de locaties die onderwijs biedt is Kentalis Mariëlla in Sint-Michielsgestel. De school is eind 2017 gestart met het digitale leerlingvolgsysteem LOGOS. En dat betekent zowel praktisch als inhoudelijk een andere manier van werken. De school richt zich op een bijzondere doelgroep; kinderen en jongeren (SO en VSO) met een verstandelijke beperking die daarnaast doof of slechthorend zijn of een zeer ernstige taalontwikkelingsstoornis hebben. Deze combinatie van beperkingen zorgt ervoor dat deze kinderen zich anders ontwikkelen dan kinderen in het reguliere onderwijs. Ze ontwikkelen zich vaak disharmonisch en in hele kleine stapjes. De individuele behoeften zijn vaak specifiek waardoor er een grote diversiteit aan kinderen binnen één klas ontstaat. Door de complexiteit van deze doelgroep kunnen leerkrachten weinig gebruik maken van methodes en toetsten. Dit maakt dat het volgen van de ontwikkeling en het meetbaar maken hiervan ingewikkeld is.
Kentalis Mariëlla streeft na om opbrengstgericht te werken. Dit houdt in dat leerkrachten hun onderwijs aanpassen aan de hand van meetbare resultaten. Hierbij is het de bedoeling dat er bewust, cyclisch en systematisch gewerkt om de opbrengsten te maximaliseren (Kentalis Mariëlla, 2017b). Om dit te kunnen behalen heeft de school leerroutes ingevoerd die inzichtelijk maken op welk niveau een leerling met een bepaalde uitstroombestemming en leeftijd ongeveer zou moeten functioneren. Daarnaast is LOGOS aangeschaft.
De intern begeleiders van de school geven aan dat leerkrachten op dit moment vaak volgend te werk gaan; zij gaan specifiek per kind op zoek naar wat op dat moment aansluit. Het gevaar hierbij is dat het einddoel (de uitstroombestemming met het daarbij horende niveau) uit het oog verloren wordt. Ook bestaat er het vermoeden dat er op deze manier niet het maximale uit de kinderen gehaald wordt. Het volgend werken sluit niet volledig aan bij het gewenste opbrengstgericht werken. Ook vragen de intern begeleiders zich af in hoeverre er cyclisch gewerkt wordt en of de leerkrachten de resultaten ook daadwerkelijk gebruiken om hun onderwijs te verbeteren.
Daarom is de volgende onderzoekvraag geformuleerd: hoe kunnen leerkrachten van Kentalis Mariëlla de leeropbrengsten met behulp van LOGOS naar wens in kaart brengen en benutten om de onderwijskwaliteit te verbeteren?
Met behulp van acht interviews en een enquête (11 leerkrachten) is er geïnventariseerd wat de ideeën, ervaringen en wensen van leerkrachten en intern begeleiders zijn ten opzichte van het in kaart brengen en benutten van de leeropbrengsten. Zij zijn bevraagd op zowel inhoudelijk als praktisch vlak: hoe verloopt het proces tot leeropbrengsten op dit moment en lukt dit met LOGOS.
Uit de resultaten kwam naar voren dat de manier van werken voor veel leerkrachten een grote omslag is. De grootste veranderingen doen zich voor rondom het kiezen van doelen en het rapporteren van leerkrachtinterventies, wat de leerkrachten zou moeten ondersteunen bij het evalueren en het reflecteren op eigen handelen. Het minder volgend te werk gaan en meer vooruitstrevende doelen naleven is iets wat zij niet gewend zijn. De resultaten laten zien dat zij hier veelal de functionaliteit (nog) niet van inzien.
Er bestaan nog verschillende angsten en het roept op meerdere vlakken weerstand op. Ze geven onder andere aan dat ze bang zijn dat kinderen te veel in cijfertjes samengevat worden en er te veel aandacht is voor doelen en resultaten. Tevens maken zij zich zorgen over of de ontwikkeling van de leerlingen volledig in LOGOS weergegeven kan worden. Ze werken namelijk vaak ook aan opvoeddoelen die niet in LOGOS beschreven worden. Bovendien is het voor sommige leerlingen niet haalbaar om bepaalde doelen volledig te behalen. De verwachting is dan dat LOGOS minder ontwikkeling weergeeft dan er daadwerkelijk plaatsgevonden heeft.
Tot slot zijn er nog praktische dingen waar leraren tegenaanlopen in LOGOS. Ze zijn er nog niet in thuis en doen nog veel op papier. Voornamelijk oudere leerkrachten hebben moeite met het digitale systeem. Leerkrachten hanteren de eigen systemen die zij vóór LOGOS in gebruik hadden. Veel gegevens nemen zij later over in het systeem. Zij ervaren het op dit moment als extra administratie die tijdrovend en omslachtig is. Ze willen intensiever aan de slag om het systeem eigen te maken en de functionaliteit van bepaalde functies in LOGOS te ervaren. Ze willen graag duidelijk hebben wat het hen oplevert.
Positief aan LOGOS vinden zij dat het digitaal is en overzicht biedt. Uiteindelijk hopen zij dat het hen tijd gaat schelen in administratie. Ook denken ze dat LOGOS veel mogelijkheden biedt.
Om opbrengstgericht te werken is het van belang de verschillen stappen uit de bijbehorende cyclus goed te doorlopen. Tevens moet er aan een aantal voorwaarden worden voldaan (Dijkstra & Janssen, 2012). Er zijn echter verschillende factoren binnen het team aanwezig waardoor het doorlopen van de cyclus nog niet optimaal verloopt en er niet aan de voorwaarden voldaan wordt. Deze problemen doen zich voornamelijk voor bij het vaststellen van doelen, het beschrijven leerkrachtinterventies en het reflecteren hierop. Enerzijds zal er aandacht besteed moeten worden aan het opdoen van succeservaringen met het OGW werken en het inzichtelijk maken van de meerwaarde/functionaliteit hiervan. Anderzijds zullen de praktische zaken opgelost en aangepast moeten worden om het systeem werkbaar te maken voor de leraren.
Er zijn ook een aantal beperkingen geweest die invloed hebben gehad op dit onderzoek: de keuze van de participanten, de ruimte waar het interview is gehouden en de respons van het invullen van de enquête. Dit heeft geleid tot een aantal tips voor de volgende keer. Ook zijn er een aantal suggesties voor een vervolgonderzoek naar voren gekomen: hoe kan de scholing en implementatie van LOGOS verbeterd worden, wanneer is een doel behaald of niet behaald en wat is de ervaring van andere scholen met LOGOS. Daarnaast zijn er een aantal aanbevelingen geformuleerd.

Toon meer
OrganisatieHogeschool van Arnhem en Nijmegen
OpleidingPedagogiek
AfdelingAcademie Mens en Maatschappij
PartnerKentalis Mariëlla
Datum2018-06-04
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk