De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

Technologische wondverzorging: waar staat de huidtherapeut?

een rapport over technologische behandelinterventies voor de ulcus cruris in huidtherapeutische praktijken

Open access

Rechten:Alle rechten voorbehouden

Technologische wondverzorging: waar staat de huidtherapeut?

een rapport over technologische behandelinterventies voor de ulcus cruris in huidtherapeutische praktijken

Open access

Rechten:Alle rechten voorbehouden

Samenvatting

Inleiding: In geïndustrialiseerde landen, zoals bijvoorbeeld Nederland, wordt de prevalentie van een ulcus cruris op 1.5 – 1.8% geschat (Watson et al., 2011a). Door een toename van patiënten met risicofactoren voor een ulcus cruris, zoals een verhoogde leeftijd en welvaartziektes zoals diabetes, stijgt naar verwachting de prevalentie van deze veelal complexe ulcera (Cullum & Liu, 2017; Maessen-Visch, 2015; WCS, 2015; Sen et al, 2009; Thackham, Sean McElwain, & long, 2008). De kosten voor ulcera cruris zijn aanzienlijk, waardoor een stijgende prevalentie de (maatschappelijke) zorgkosten zal verhogen (Capgemini consulting, 2014).
In Nederland is de huidtherapeut één van de paramedici in het ‘zorg web’ van de wondpatiënt. De kennis over welke technologische behandelinterventies voor het versnellen van het wondgenezingsproces (nog) niet worden toegepast door deze beroepsgroep, ontbreekt echter. Hierdoor is het niet inzichtelijk met welke technologische behandelinterventies het Huidtherapeutisch Methodisch Handelen (HMH) rondom de patiënt met de ulcus cruris, mogelijk kan worden uitgebreid.
Methode: Door middel van een datasearch in de databases Pubmed NCBI en Cochrane Library en het bestuderen van gevonden literatuur, is onderzocht welke technologische behandelinterventies kunnen worden toegepast voor het versnellen van het wondgenezingsproces bij ulcera cruris. Vervolgens is in een enquête binnen de doelgroep huidtherapeutische praktijken actief in de wondzorg, gevraagd naar de (frequentie van) inzet van deze en andere technologische behandelinterventies ter versnelling van de wondgenezing bij een ulcus cruris.
Resultaten: Technologische interventies welke kunnen worden ingezet voor het versnellen van het genezingsproces bij de ulcus cruris zijn Compressietherapie, Elektrische Stimulatie (ES) en Elektromagnetische Therapie (EMT), Negatieve Druktherapie (NDT), Ultrasoudtherapie (UT), Zuurstoftherapie en Extracorporale Shockwave Therapie (ESWT). De resultaten van de enquête lijken aan te geven dat deze interventies reeds min of meer vertegenwoordigd zijn binnen het HMH.
De interventie die door de gehele doelgroep (met de hoogste frequentie) lijkt te worden ingezet is Compressietherapie. ESTW en UT daarentegen, worden door 95% van de respondentengroep nooit ingezet. Gezien dit hoge percentage, is het betrouwbaarheidsinterval dusdanig klein dat het mogelijk is uitspraak te doen over een aanzienlijk deel van de doelgroep. Met 95% zekerheid, kan worden gesteld dat 87,58 tot 100% van de totale onderzoekspopulatie nooit gebruik maakt van UT en ESTW voor het versnellen van het wondgenezingsproces bij de ulcus cruris.
Conclusie en aanbeveling: In dit onderzoek lijkt geen technologische behandelinterventie voor ulcera cruris te zijn gevonden die niet al wordt toegepast binnen het HMH. Wel lijkt er een verschil te zijn in populariteit en frequentie van inzet tussen interventies. Echter, vanwege een te kort aan respondenten, zijn niet alle resultaten van het praktijkonderzoek te generaliseren. Wel is met vrij grote zekerheid te stellen dat de interventies ESTW en UT weinig worden toegepast in huidtherapeutische praktijken.
De betrouwbaarheid van het onderzoek is enigszins verminderd doordat het niet zeker is of van de gevonden interventies beschreven is dat deze op alle ulcera cruris kunnen worden toegepast. Daarnaast is het niet duidelijk of de benaderde doelgroep daadwerkelijk (alle) huidtherapeutische praktijken actief in de wondzorg omvat. Geadviseerd wordt het huidig onderzoek te vervolgen met onderzoek naar de redenatie achter de verminderde inzet van technologische behandelinterventies binnen het HMH zoals ESTW en UT.
https://www.linkedin.com/in/marlies-meeuwsen-v-d-hoeven-59126763

Toon meer
OrganisatieDe Haagse Hogeschool
OpleidingGVS Huidtherapie
AfdelingFaculteit Gezondheid, Voeding & Sport
Jaar2019
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk