De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

Inzet van de Swinxs tijdens de lessen bewegingsonderwijs in het basisonderwijs

Rechten: Alle rechten voorbehouden

Inzet van de Swinxs tijdens de lessen bewegingsonderwijs in het basisonderwijs

Rechten: Alle rechten voorbehouden

Samenvatting

De Swinxs is een buitenspeelcomputer voor kinderen vanaf 4 jaar. De Swinxs maakt gebruik van licht en kleuren, maar heeft geen beeldscherm. De Swinxs legt de spellen uit en moedigt aan. Door middel van de polsbandjes kan de Swinxs teams maken de tijd bijhouden en rouleren. Er zijn veel mogelijkheden voor spellen. Zo zijn er actieve en educatieve spellen beschikbaar voor de Swinxs welke via de website van Swinxs te downloaden zijn. Op dit moment wordt de Swinxs nog weinig gebruikt in het bewegingsonderwijs, terwijl de Swinxs een goede aanvulling zou kunnen geven op de lessen bewegingsonderwijs. Het doel van deze opdracht is het ontwerpen van een nieuw spel voor de Swinxs die docenten tijdens de gymles kan ondersteunen. Het ontwerp zal gemaakt worden voor leerlingen in het basisonderwijs, deze hebben de leeftijd van 4 t/m 12 jaar.

Als eerste is er begonnen met een voorbereidend onderzoek. Er zijn enquêtes afgenomen onder docenten en studenten die lessen bewegingsonderwijs geven in het basisonderwijs. Ook zijn er interviews gehouden met docenten die de Swinxs al eens ingezet hebben tijdens de les, en met een docent aan de HALO die kon vertellen hoe een les bewegingsonderwijs precies in elkaar zit. Verder is er een literatuuronderzoek gedaan naar de lessen bewegingsonderwijs, naar het gebruik van elektronische hulpmiddelen tijdens de lessen en hoe de Swinxs ingezet kan worden tijdens de lessen.

Uit dit onderzoek bleek dat de Swinxs nog relatief onbekend is onder docenten. Wel waren veel docenten enthousiast over de Swinxs. Echter is de Swinxs op dit moment nog niet geschikt om in te zetten tijdens de lessen bewegingsonderwijs. De spellen die op dit moment op de Swinxs staan zijn voornamelijk geschikt voor tijdens het buitenspelen. De meeste van deze spellen zullen aangepast moeten worden om geschikt te worden voor de lessen bewegingsonderwijs. Wel zijn er een aantal spellen die wel geschikt zijn voor tijdens de les. Bij deze spellen zijn leskaarten gemaakt.

Aan het eind van de analysefase is er een lijst van eisen en wensen opgesteld waar het ontwerp aan moet voldoen. Aan de hand van deze lijst zal er een concept gekozen worden. Na het maken van de lijst van eisen en wensen wordt er verdergegaan met de ontwerpfase. Daarna is er begonnen met de idee fase, hierin zijn alle ideeën te zien voor de nieuwe spellen. Vervolgens zijn hieruit drie ideeën gekozen. Deze drie ideeën zijn vervolgens uitgewerkt tot drie concepten. Al deze concepten voldoen aan de eisen die uit het voorbereidende onderzoek zijn gekomen. Aan de hand van de lijst van wensen is er een keuze gemaakt voor een van de concepten.

Er is de keuze gemaakt voor het spel Oversteken. Vervolgens is dit concept uitgewerkt en is er een werkend prototype vervaardigd voor de Swinxs. Ook zijn er leskaarten gemaakt voor zowel het nieuwe spel als voor de bestaande spellen. Deze leskaarten zullen gelamineerd in een map aangereikt worden.

Tot slot is er de testfase ingegaan. Het spel tikken is op twee manieren getest namelijk op bewegingsintensiteit en op het spel en de leskaarten. Bij het meten van de bewegingsintensiteit bleek het spel een hoge intensiteit te hebben, inclusief een pauze van twee minuten kwam het spel op een waarde van 5 MET . Echter zijn er te weinig proefpersonen getest om deze waarde te mogen aannemen. Ook is het spel getest bij de studenten van de HALO. Zij hebben de leskaarten en het spelidee ontvangen en vervolgens is gevraagd hier een vragenlijst over in te vullen. Hieruit bleek dat het spel geschikt is voor in de lessen bewegingsonderwijs. Echter moeten de leskaarten voor de leerlingen nog aangepast worden. Deze kaarten moeten meer visueel worden gemaakt.

Het blijkt dat het spel in te zetten is tijdens de lessen bewegingsonderwijs in het basisonderwijs. Wel zullen er nog aanpassingen gemaakt moeten worden. Waaronder de leskaarten voor de leerlingen. Ook zal het spel nog meer getest moeten worden in de lessen bewegingsonderwijs. Hierin zal ook het testen van het Stoeispel meegenomen moeten worden.

Toon meer
OrganisatieDe Haagse Hogeschool
OpleidingTISH Bewegingstechnologie
AfdelingAcademie voor Technologie, Innovatie & Society Den Haag
PartnerProFit
Jaar2014
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk