De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

Over welke sociaal-juridische kennis op het gebied van inkomen en huisvesting dienen hulpverleners van "Stichting Onder Eén Dak" in navolging van de inwerkingtreding van WMO 2015 te beschikken en hoe kunnen zij deze samen met de betrokken ketenpartners effectief toepassen in de begeleiding van cliënten tijdens de overgangsfase van 'beschermd wonen' naar 'begeleid zelfstandig wonen?'

Open access

Rechten:

Over welke sociaal-juridische kennis op het gebied van inkomen en huisvesting dienen hulpverleners van "Stichting Onder Eén Dak" in navolging van de inwerkingtreding van WMO 2015 te beschikken en hoe kunnen zij deze samen met de betrokken ketenpartners effectief toepassen in de begeleiding van cliënten tijdens de overgangsfase van 'beschermd wonen' naar 'begeleid zelfstandig wonen?'

Open access

Rechten:

Samenvatting

Stichting Onder Eén Dak (Stoed) is een zorginstelling die ondersteuning en begeleiding biedt aan mensen met psychiatrische problemen. De stichting biedt daarbij de volgende woonvormen aan: beschermd wonen, begeleid zelfstandig wonen en een volledig thuispakket.
Met de invoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 is de juridische rechtspositie van de doelgroep ‘beschermd wonen’ echter veranderd. Om tijdens de overgangsfase van ‘beschermd wonen’ naar ‘begeleid zelfstandig wonen’ weloverwogen keuzes te maken die betrekking hebben op de juridische rechtspositie van de desbetreffende cliënt, dient de gebrekkige kennis op sociaal-juridisch gebied onder de hulpverleners te worden geoptimaliseerd. Daarom heeft de stichting om een onderzoek gevraagd waarin de sociaal-juridische implicaties van de wetgeving inzichtelijk worden gemaakt. De centrale vraag die hierbij wordt gehanteerd is:
Over welke sociaal-juridische kennis op het gebied van inkomen en huisvesting dienen hulpverleners van ‘Stichting Onder Eén Dak’ in navolging van de inwerkingtreding van WMO 2015 te beschikken en hoe kunnen zij deze samen met de betrokken ketenpartners effectief toepassen in de begeleiding van cliënten tijdens de overgangsfase van ‘beschermd wonen’ naar ‘begeleid zelfstandig wonen’?
Het doel van dit onderzoek is een bijdrage te leveren aan het oplossen van het huidige sociaal-juridische kennistekort onder de hulpverleners van Stoed tijdens de overgangsfase van ‘beschermd wonen’ naar ‘begeleid zelfstandig wonen’. Op deze manier probeert de opdrachtgever te voorkomen dat de doorstroom naar een meer zelfstandige woning onnodig wordt uitgesteld. Bovendien wordt hiermee de hoeveelheid tijd die wordt besteed aan het vergaren van juridisch kennis over deze beleidsonderwerpen ingekort.
In het onderzoek is gebruik gemaakt van meerdere kwalitatieve dataverzamelingsmethoden, te weten een literatuuronderzoek en field research in de vorm van halfgestructureerde interviews. In het eerste deel van het onderzoek staat het literatuuronderzoek centraal. Onderzocht is welke implicaties de WMO 2015 heeft voor de doelgroep ‘beschermd wonen’. Tevens zijn de speerpunten van de beleidsregel ‘beschermd wonen’ in de centrumgemeente Vlaardingen’ geanalyseerd en uitgewerkt. Het tweede deel van het onderzoek is gebaseerd op halfgestructureerde interviews. Deze interviews zijn afgenomen onder hulpverleners van Stichting Onder Eén Dak die begeleiding bieden tijdens het overgangstraject en onder medewerkers van haar ketenpartner Stichting Budgethulp. Aan deze interviews namen zeven zorgprofessionals en twee professionals van Stichting Budgethulp deel.
Uit de interviews is gebleken dat de hulpverleners van Stoed over vier hoofdonderwerpen meer sociaal-juridische kennis dienen te ontvangen. Ten eerste dienen zij de implicaties van de WMO 2015 met betrekking tot de maatschappelijke voorziening ‘beschermd wonen’ te kennen. Ten tweede moeten de hulpverleners weten op welke uitkeringen en andere soorten inkomensaanvullende voorzieningen hun cliënten aanspraak kunnen maken. Ten derde behoren hulpverleners alles te weten over de verschillende wettelijke beschermingsmaatregelen en ten vierde dienen zij de verschillende indicatieprofielen te kennen.

Niet alleen het gebrek aan sociaal-juridische kennis vormt een punt van zorg voor hulpverleners. Op basis van dit onderzoek is tevens een gebrek aan effectieve begeleiding tijdens de overgangsfase geconstateerd. Er was sprake van een sterke mate van vertraging in de begeleiding, doordat hulpverleners veel tijd kwijt waren aan het inwinnen van informatie omtrent sociaal-juridische regelgeving. Voorts was er sprake van inconsistentie qua informatievoorziening, aangezien de hulpverleners verschillende digitale bronnen en instanties raadpleegden. Ten slotte kunnen kanttekeningen worden geplaatst bij de wijze waarop de taken en verantwoordelijkheden door de ketenpartners op elkaar zijn afgestemd.

Om die redenen heb ik een informatieboekje opgesteld voor de hulpverleners in geval van vragen die voortvloeien uit de sociaal-juridische vraagstukken waar zij mee geconfronteerd worden. Bovendien zijn de volgende aanbevelingen gedaan die dienen als handvat voor de zorgorganisatie om de effectiviteit van de begeleiding tijdens het overgangstraject te vergroten:
• het versterken van sociaal-juridische deskundigheid door trainingen aan de hulpverleners te verstrekken;
• het aanschaffen van een digitaal juridisch portal van Kluwer navigator voor de hulpverleners van Stoed;
• het op elkaar afstemmen van het begeleidingsplan en het budgetplan.

Toon meer
OrganisatieHogeschool Leiden
OpleidingSociaal-Juridische Dienstverlening
AfdelingFaculteit M&B
PartnerStichting Onder Één Dak
Datum2017-07-03
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk