De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

De effecten van virtual reality games bij patiënten met een cerebrovasculair accident

Open access

Rechten:Alle rechten voorbehouden

De effecten van virtual reality games bij patiënten met een cerebrovasculair accident

Open access

Rechten:Alle rechten voorbehouden

Samenvatting

Achtergrond: Virtual reality (VR) maakt zijn opkomst binnen de revalidatie bij patiënten met een cerebrovasculair accident (CVA). Het gebruik van VR wordt steeds populairder omdat het door de patiënten thuis kan worden gebruikt. Het zou een goede aanvulling zijn op conventionele fysiotherapie en het is over het algemeen goedkoop. Verder zou VR als motiverend worden ervaren.
Doel: In dit artikel wordt gekeken naar het effect van VR op functie van bovenste en onderste extremiteit bij patiënten met een CVA.
Materiaal en methoden: Voor de literatuurstudie werd er gezocht in de volgende databanken: CINAHL, PUBMED en PEDro. Om studies te includeren werd er gekeken of de onderzoekspopulatie bestond uit patiënten waarbij de diagnose CVA was gesteld. Er werd gekeken of er gebruik is gemaakt van VR in vergelijking tot een controlegroep. De behandeling wordt toegepast op bovenste of onderste extremiteit en er was een minimale score van vier op de PEDro lijst. Studies waren in de Nederlandse of Engelse taal gepubliceerd en er moest een uitspraak worden gedaan over loopsnelheid, loopafstand en/of functionele activiteiten zoals reiken, grijpen en verplaatsen van voorwerpen met bovenste extremiteit.
Resultaten: Zes studies werden geïncludeerd middels de eerder vastgestelde inclusiecriteria. Drie studies over onderste extremiteit en drie studies over bovenste extremiteit. De studies maakten gebruik van verschillende interventies in combinatie met VR, te denken aan playstation eyetoy, computer met muis, loopband in VR omgeving en robotondersteuning. De resultaten van VR zijn over het algemeen gunstiger dan voor overige gebruikte therapievormen.
Conclusie: Alle therapieën bleken effectief. In de meeste gevallen was er een significant verschil te zien bij de interventiegroep in vergelijking met een controlegroep. Meer studies in een grotere onderzoekspopulatie met gebruik van een eenduidige interventie zullen nodig zijn om meer inzicht te kunnen krijgen in het effect van VR op functie van bovenste en onderste extremiteit bij patiënten met een CVA.

Toon meer
OrganisatieHogeschool Utrecht
OpleidingFysiotherapie
AfdelingBewegingsstudies
Jaar2011
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk