Samenvatting

Dit onderzoek gaat over psychosociale hulpverlening aan veehouders in Overijssel. Er is veel problematiek onder veehouders. Regelwetgeving en financiële nood worden als de voornaamste oorzaken genoemd. Daarbij komt bedrijfsovername, ziekte en relationele problemen. Bij de reguliere hulpverlening is over het algemeen te weinig kennis van de agrarische sector om te begrijpen met welke problemen een boer heeft te kampen. Daarnaast zijn de meeste boerenbedrijven familiebedrijven en zijn bedrijf en gezin met elkar verweven. Dit kan de problematiek complex maken.In Nederland is er weinig bekend over deze problematiek en is het momenteel wel actueel. Het vermoeden is dat het aantal zelfdodingen onder boeren twee keer zo hoog is dan onder de gemiddelde bevolking. In Nederland zijn daar echter geen cijfers over bekend. Tevens blijkt dat er maar enkele maatschappelijke werkers zijn die kennis hebben van de agrarische sector. Door verschillende Land- en tuinbouworganisaties wordt nu wel meer gekeken hoe deze veehouders geholpen kunnen worden en welke mensen daarbij betrokken moeten worden. Tevens kan dierverwaarlozing worden gemeld, maar de boer zelf zal dat niet snel doen. Dit is meestal een gevolg van psychosociale problemen die zich al langere tijd hebben opgestapeld. Kotom is het een onderzoek met een niet alledaagse doelgroep.