De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

Verpakken in eigen plant

Exploratief onderzoek naar transportstromen bij het verwerken van de reststroom van tomatenstengels naar verpakkingspapier in de Greenport West-Holland

Open access

Rechten:Alle rechten voorbehouden

Verpakken in eigen plant

Exploratief onderzoek naar transportstromen bij het verwerken van de reststroom van tomatenstengels naar verpakkingspapier in de Greenport West-Holland

Open access

Rechten:Alle rechten voorbehouden

Samenvatting

De glastuinbouwsector is goed voor meer dan 1% van de Nederlandse economie (Jukema, 2019). Nederland heeft dan ook een totaal kasoppervlakte van ruim negen-en-een-half-duizend hectare (CBS, 2019). Ter vergelijking, dit is ongeveer hetzelfde als de oppervlakte van de gehele gemeente Den Haag (CBS, 2019). De provincie met het meeste kasoppervlak is Gemeente Westland met ruim twee duizend hectare (CBS, 2019).

De locatie van de tuinbouwbedrijven kan worden uitgelegd door de vroegere transportbehoefte. Dagelijkse producten moesten zo dicht mogelijk bij de markten in de steden worden verbouwd (Vijverberg, Immerzeel, van Dam, & Van der Leest - Brand, 2019). Andere producten uit de akkers en bossen konden van verder wegkomen. Het is dus niet gek dat de meeste kassen in de buurt van historisch grote steden als Den Haag, Delft en Rotterdam liggen, zie ook de figuur rechts.

Ook op dit moment zijn de transportmogelijkheden van kassen in Nederland essentieel. De nabijheid tot de haven van Rotterdam en de goede wegverbindingen zorgen ervoor dat Nederlandse glastuinbouwproducten als orchideeën, rozen en tomaten door heel Europa worden verkocht.
De producten worden in kassen in de meest ideale omstandigheden zo efficiënt mogelijk gegroeid. Consequenties zijn wel dat het energiegebruik, watergebruik en materiaalgebruik hoger is dan bij natuurlijk groeiende producten in andere landen.

Voor dit onderzoek wordt gekeken naar de reststroom van niet eetbare organische materialen. Deze stroom bestaat voornamelijk uit stengels, bladeren, potgrond. Maar ook uit residuen van anorganische stoffen die er bij het leeghalen van de kas in terecht zijn gekomen. Voor organische bijproducten is de onderstaande Waardepiramide van belang. Deze geeft een hiërarchie waarin wordt aangenomen dat de hoogwaardige producten het laagste volume materialen nodig hebben.

Linkedin: https://nl.linkedin.com/in/bram-van-der-smagt

Toon meer
OrganisatieDe Haagse Hogeschool
OpleidingTIS Ruimtelijke Ontwikkeling en Planologie
AfdelingFaculteit Technologie, Innovatie & Samenleving
PartnerKenniscentrum Mission Zero
Datum2021-06-11
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk