Ruimtelijke spreiding van plastic in de waterkolom van de Rijn: verkennende studie van macro- en mesoplastic in de waterkolom van de Rijn verzameld middels larvennetmonitoring
Ruimtelijke spreiding van plastic in de waterkolom van de Rijn: verkennende studie van macro- en mesoplastic in de waterkolom van de Rijn verzameld middels larvennetmonitoring
Samenvatting
Nog onbekend is of de Larvennetmetingen een geschikte meetmethode is om wat te kunnen zeggen over de variatie van macro- en mesoplastic in de rivier. Dit onderzoek heeft als doel om aan te tonen in welke mate de Larvennetmetingen een geschikte methode is om de plastic concentraties tijdens verschillende omstandigheden te kwantificeren.Er is bekeken hoe de Larvennetmethode gebruikt kan worden om de spreiding van plastic in de waterkolom van de Rijn te meten. Dit is onder andere gedaan door de kijken hoe de plastic concentraties verschillen op basis van de diepte en de locatie in de rivier.
Zonder de gegevens over plastic concentratie in de waterkolom van de Rijn, over hoe deze concentratie varieert in de rivier en over de precieze samenstelling is het niet mogelijk om een betrouwbare monitoringsstrategie op te stellen. Daarom heeft Rijkswaterstaat larvennetmetingen laten doen en wordt dit onderzoek in opdracht van hen uitgevoerd.
Uit het onderzoek blijkt dat de Larvennetmethode een nauwkeurige methode is wanneer je het vergelijkt met andere meetmethoden die de spreiding van meso- en macroplastics onderzoeken. Er is gevonden dat de concentraties meso- en macroplastics langs de kade en langs de hoofdgeul niet significant van elkaar verschillen. Er is echter wel een significant verschil gevonden tussen Doesburg en Deventer, wat betekent dat de concentratie macro- en mesoplastic stroomafwaarts afneemt. Er is gevonden dat de Larvennetmethode significante verschillen aantoont tussen verschillende riviertakken. Dit is een logische uitkomst omdat elke riviertak haar eigen kenmerken heeft en haar eigen bronnen met plastic vervuiling. Uit de resultaten waarbij verschillende meetmomenten met elkaar zijn vergeleken, blijkt dat er een verband te zien is tussen de dag met de hoogste waterafvoer. Hier worden ook significant hogere concentraties aangetoond. Om te bevestigen dat de hogere concentraties ook worden veroorzaakt door de hogere afvoer is verder onderzoek nodig.
Het beroepsproduct van het onderzoek naar plastic concentraties in de Rijn bestaat uit een database in Excel met meetgegevens en concentraties van de larvennetmetingen van 2020 t/m 2022. De database voldoet aan functionele eisen zoals: sorteer- en aanvulmogelijkheden, gegevens over bemonsteringen en visualisatiemogelijkheden. Na feedback is het beroepsproduct verbeterd met een Nederlandse en Engelstalige toelichting, waardoor het nu volledig zelfstandig te gebruiken is.
Een belangrijke conclusie uit dit onderzoek is dat de Larvennetmethode geschikt is om middels grafieken en boxplotten verschillen in plastic concentratie aan te tonen en vervolgens te testen op significantie. De Larvennetmethode biedt daarnaast als voordeel ten opzichte van andere meetmethoden dat het mogelijk is om op 3 verschillende diepten te meten. Wel is het belangrijk om te benadrukken dat de beantwoording van de deelvragen is gebaseerd op een beperkt aantal meetmomenten. Voor vervolgonderzoek wordt daarom geadviseerd om meer monsters te verzamelen.
Organisatie | Hogeschool Rotterdam |
Opleiding | Watermanagement |
Afdeling | IGO |
Partner | Rijkswaterstaat |
Datum | 2023-03-22 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |