Oefenen is zilver, begeleiden is goud.
"Ruijssenaars, van Luit en van Lieshout (2006) noemen dyscalculie een stoornis die gekenmerkt wordt door hardnekkige problemen met het leren en vlot/accuraat oproepen/toepassen van reken- en wiskundekennis (feiten/afspraken). Door middel van literatuuronderzoek, het afnemen van interviews en het plegen …
2011Opvoeding & OnderwijsMaster
Alain Badiou. Een steek onder water
De Franse filosoof Alain Badiou creëert in zijn werk een wiskundig universum, waarin verschillende gebeurtenissen, die toch ook weer een sterke samenhang vertonen, in de wereld oproepen tot een trouwverklaring hieraan. Ook al weet je vooraf niet wat deze gebeurtebnissen in de liefde, de politiek, de …
2011AlgemeenBoekdeel
'Bouwen aan zelfvertrouwen': omgaan met faalangst in de klas
Samenvatting Iedereen is wel eens bang om te falen. Je voelt het vooral wanneer je een prestatie moet leveren die door anderen beoordeeld kan worden. Wanneer dit gevoel je prestaties voortdurend beïnvloedt of je leven gaat overheersen, spreekt men van faalangst. Ongeveer één kind op tien kinderen in …
2010Opvoeding & OnderwijsMaster
Beatrix College en mindmappen
Ik ben werkzaam als remedial teacher op het Beatrix College, een school voor voortgezet onderwijs. Vorig schooljaar hebben wij het computerprogramma Inspiration aangeschaft om de leerstrategie mindmappen met behulp van de computer te kunnen uitvoeren. Naar mijn idee wordt er door de leerlingen en de …
2010Opvoeding & OnderwijsMaster
'Wat is de bijdrage van psychomotorische therapie aan de kort durende behandeling van hechtingsproblematiek binnen het observatie en behandelcentrum de Eekwal te Assen?
Wat is een hechtingsstoornis en het verschil met een hechtingsproblematiek? Een hechtingsstoornis is een stoornis die niet binnen een korte tijd te behandelen is. Deze stoornis zit diep in een persoon verankerd. De persoon weet niet anders. Is de stoornis al vanaf de geboorte gevoed dan is er sprake …
2010Mens & MaatschappijBachelor
Loopbaanknooppunten: hoe gaan we er als loopbaanprofessional mee om? : praktijkgericht onderzoek naar de inzet van een conceptueel- en handelingskader voor loopbaanbegeleiding van mensen met verliessituaties
Veel mensen krijgen tijdens hun loopbaan, levensloop, te maken met een of andere vorm van verlies. Zij worden dan geconfronteerd met wat wij aanvankelijk venijnige vraagstukken noemden, maar later hebben verwoord als loopbaanknooppunten. Situaties met consequenties voor loopbanen; situaties die leiden …
2009Economie & ManagementBoekdeel
Hangjongeren & Dugouts
Op allerlei plaatsen verschijnen op instigatie van de stichting van Johan Cruyff trapveldjes. Niet alleen omdat jongeren meer moeten bewegen, maar ook om problemen in de straat en de buurt op te lossen. 'Probleemjongeren', die overlast veroorzaken en een onveilig gevoel oproepen, zijn niet alleen van …
2009Mens & MaatschappijAndersoortig materiaal
Je maakt mij bang! : pmst bij het losmakingsproces in symbiotische relatie
Mijn vraagstelling is tot stand gekomen door mijn interesse voor psychomotorische systeemtherapie (PMST) en een deel van een gezin dat aangemeld werd voor psychomotorische therapie (PMT). De vraagstelling luidt als volgt: Wat is de specifieke bijdrage van PMST (psychomotorische systeem therapie) bij het losmakingsproces in een symbiotische relatie tussen moeder en zoon binnen een ambulante setting? Met deze vraag wordt inzichtelijk waarom PMST in deze casus wel of geen gepaste behandelmethode is. Het gezinsdeel dat aangemeld werd voor PMST, bestaande uit een moeder en zoon (10 jaar), hadden een symbiotische relatie. Dit betekende dat ze met elkaar verbonden waren, op een manier welke er voor zorgde dat zoon zich niet of nauwelijks verder kon ontwikkelen op bepaalde gebieden. Dit was onder andere zichtbaar in het aangaan van spannende en onbekende situaties, bijvoorbeeld alleen naar de winkel gaan of met vriendjes buiten spelen. In deze situaties werd moeder angstig, deze angst werd op haar zoon geprojecteerd, waardoor hij de angst ook ervoer. Ze beschermde haar zoon teveel en onthield hem daardoor van situaties die jongens van zijn leeftijd wel zouden moeten ervaren, zoals bijvoorbeeld zelfstandig een brood bij de bakker halen. Daarnaast had moeder geen controle over haar zoon wanneer hij boos of verdrietig was. Als hij boos werd liet hij dwingend gedrag zien, moeder wist niet hoe ze daarmee om moest gaan en koos voor de lieve vrede en reageerde niet op hem. Het gezinsdeel, is in totaal zeven maanden in therapie geweest. In die periode leerde moeder haar angsten onder controle te houden en werd haar zoon uitgedaagd om spannende en onbekende actiiteiten aan te gaan. Het contact tussen moeder en zoon werd verbroken, zodat de angsten van moeder niet of minder geprojecteerd werden op haar zoon. Toen moeder haar angst onder controle had, werd er plaats gemaakt voor het geven van complimenten en aanmoedigingen. Door de complimenten kreeg haar zoon steeds meer zelfvertrouwen. Hij durfde steeds moeilijkere en spannendere activiteiten uit te voeren en zei regelmatig dat hij ergens goed in was. Op een gegeven moment moest moeder de stapjes die gemaakt konden worden, om een activiteit makkelijker of moeilijker te maken, aangeven. Ze had inmiddels meer zicht gekregen op de vaardigheden van haar kind en kon inschatten welke activiteiten hij kon. Door een activiteit aan te passen, lukte het moeder om het elke keer een stapje moeilijker te maken. Moeder moest hem stimuleren om iets te laten doen wat spannend was. Het contact werd steeds beter. Moeder stimuleerde en complimenteerde haar zoon, ze maakten grapjes met elkaar en wanneer zoon om hulp vroeg, hielp moeder zoals haar zoon dat vroeg. Daarnaast leerde moeder vaardigheden die hielpen het dwingende gedrag van haar zoon in te dammen. Met behulp van een beloningssysteem en het geven van concrete opdrachten leerde moeder om haar zoon te laten doen, wat zij wou. Het dwingende gedrag verdween langzaam, moeder en zoon leken steeds meer op één lijn te liggen en gingen meer communiceren. Op momenten dat zoon iets niet wou doen, lukte het moeder om afstand te nemen en zijn aandacht te richten op iets anders. Tijdens de therapie werd gebruik gemaakt van een beloningssysteem, deze heeft moeder in een later stadium ook in de thuissituatie gebruikt. Zoon was hier vatbaar voor en liet minder dwingend en dwars gedrag zien. Ook lukte het moeder om meer afstand te bewaren op momenten dat zoon pijn had. Eerder zou ze hem troosten en kon hij zijn pijn gebruiken om te manipuleren. Later zag moeder in dat zoon zich vaak aanstelde en dat ze door afstand te nemen hem eerder in een andere situatie kon krijgen. Om bovenstaande te bereiken, werd gebruik gemaakt van diverse methoden. Om het dwingende gedrag te verminderen, is het straffen en belonen uit de behavioristische stroming gebruikt. Door moeder te laten oefenen met nieuwe vaardigheden met betrekking tot straffen en belonen, kon ze deze in het dagelijkse leven ook uitvoeren. Ook ervoer ze wat voor gevolgen bepaalde vaardigheden konden hebben. Dit is vervolgens gekoppeld aan de PMT-modaliteiten oefenen en ervaren. Na een theoretische verdieping en de ervaringen in de zaal kon een antwoord op de vraagstelling van deze afstudeeropdracht kome. Mijns inziens is PMST een meerwaarde bij deze casus geweest, omdat de angsten van moeder en zoon makkelijk in bewegingssituaties opgeroepen konden worden. Moeder en zoon konden daar tegelijkertijd mee leren omgaan, en ervoeren direct de gevolgen bij elkaar en zichzelf. Voor het oproepen van de angsten bij zoon, wat vervolgens moeders angsten opriep, was PMT een uitstekende therapie vorm. De angsten konden opgeroepen worden door spannende activiteiten aan te bieden, zoals een balanceeroefening. De activiteiten waren ook makkelijk te differentiëren, waardoor er gespeeld kon worden met niveauverschillen. Daarnaast was PMT een gepaste vorm om moeder in de praktijk te leren hoe ze situaties waarin ze angst ervoer moest aanpakken. In de behandeling werd zij gevraagd om activiteiten aan te passen op het niveau wat ze dacht dat haar zoon aankon. Juist doordat zij kon zien hoe haar zoon activiteiten uitvoerde, kon zij de activiteiten aanpassen door het makkelijker en moeilijker te maken. Het is vrijwel onmogelijk om pratend er achter te komen of een activiteit geschikt of ongeschikt is voor een kind en hoe hij zch zou gaan gedragen binnen een activiteit …
2009Mens & MaatschappijBachelor
Duurzame Economie
Begin dit jaar heeft in Antwerpen een congres plaatsgehad met prominente economen. Na afloop hebben zij een verklaring opgesteld, getiteld Appèl van Antwerpen waarbij ze de politiek in Nederland en België oproepen vaart te maken met een solidaire en duurzame economie. Bekende wetenschappers hebben die …
2009Economie & ManagementBijdrage aan periodiek
Hechtingsstoornis in de adolescentie
Ik ben begonnen met een wetenschappelijke kijk op de adolescentie en heb laten zien dat deze ontwikkelingsfase niet zomaar een roerige periode behelst, maar dat er flinke groei plaats vindt op cognief en emotioneel niveau. De adolescentie verloopt voor iedere jongere anders en na de zichtbare fysieke …
2009Mens & MaatschappijBachelor