Samenvatting

De gestelde doelen van het klimaatakkoord van Parijs komen steeds dichterbij en de vooruitzichten zijn nog niet positief. Globaal wordt gestreefd naar 1,5 tot maximaal 2 graden opwarming in 2030 ten opzichte van het jaar 1990. Ondanks de coronacrisis gaat de mondiale opwarming richting de 3 graden in 2030, omdat de hoeveelheid CO2-uitstoot niet volledig kan worden verwerkt door de natuur. Daarnaast heeft de Rijksoverheid een doel gesteld: ‘Alle huizen in 2050 energieneutraal.’Om de CO2-uitstoot te reduceren moet in plaats van elektriciteit opwekken uit fossiele brandstoffen een duurzame en niet eindigende energiebron gebruikt worden. In Nederland is dat wind- en zonneenergie. De overheid zet in op zonnepanelen die geplaatst kunnen worden op landbouwvelden of daken van huizen. De landbouwvelden hebben al een functie, namelijk om gewassen op te kweken. Die functie zou door de zonnepanelen worden opgeheven, wat niet nodig is aangezien de daken van de huizen gebruikt kunnen worden. Het doel van dit afstudeerwerkstuk is het helpen van de overheid door het zoeken naar een stimulans om meer huishoudens zonnepanelen te laten nemen. De hoofdvraag die in dit onderzoek centraal staat, luidt: ‘Wat is er nodig om de Nederlandse huishoudens te stimuleren om zonnepanelen te nemen?