Samenvatting

Bernhoven is betrokken bij de NAH-zorgketen Regio Oss-Maashorst-Meijerstad. Per jaar worden zo’n 440 tot 450 CVA-patiënten behandeld in Bernhoven. Het aantal CVA-patiënten neemt landelijk elk jaar toe. Ongeveer 75% van de CVA-patiënten ervaart cognitieve stoornissen als gevolg van een CVA. Beperkt cognitief functioneren als gevolg van een CVA heeft grote invloed op het dagelijks handelen van patiënten, wanneer ze terugkeren in de thuissituatie.

Vraagstelling
Vanuit de inventarisatie en informatie van de opdrachtgevers is de volgende onderzoeksvraag opgesteld: “Welk diagnostisch instrument, bruikbaar voor ergotherapeuten, kan tijdens opname in het ziekenhuis met een CVA, een voorspellende waarde bieden ten aanzien van cognitieve problematiek, zodat een passend ergotherapeutisch nazorgadvies bij ontslag naar huis kan worden gegeven?”

Om antwoord te geven op deze onderzoeksvraag zijn de volgende deelvragen opgesteld:
1. “Welk instrument kan gebruikt worden door de ergotherapeuten in Bernhoven om de cognitie van CVA-patiënten in kaart te brengen?”
2. “Welke veel voorkomende ervaringsverhalen en vragen ten aanzien van cognitie, na ontslag naar huis, krijgen de zorgprofessionals terug van de CVA-patiënten en naastbetrokkenen?”
3. “Welke informatie hebben de CVA-patiënten en naastbetrokkenen meegekregen bij ontslag naar huis over hun herstel en welke invloed de cognitie heeft op het dagelijks leven?”
4. “Met welke cognitieve hulpvragen worden patiënten na ontslag zonder ergotherapie toch nog aangemeld in de eerstelijn?” 5. “Wat is te leren van de werkwijze van ergotherapeuten in andere ziekenhuizen in Nederland?”

Methode
De hoofd- en deelvragen zijn door middel van literatuur- en praktijkonderzoek beantwoord. Tijdens het literatuuronderzoek is gebruik gemaakt van de volgende databanken: CINAHL, PubMed en Google Scholar. Ook zijn er verschillende ergotherapeutische richtlijnen geraadpleegd. Het praktijkonderzoek dat is uitgevoerd bestaat uit semigestructureerde interviews en enquêtes naar verschillende ziekenhuizen en eerstelijns praktijken.

Resultaten
Na het uitvoeren van het literatuur- en praktijkonderzoek zijn de resultaten per deelvraag beschreven. De hieruit volgende adviezen zijn te lezen in het adviesrapport.

Conclusie
De EFPT en PRPP zijn geschikte instrumenten voor de ergotherapeuten van Bernhoven om het executief en cognitief functioneren van de desbetreffende CVA-patiënten te diagnosticeren,mits aan een aantal voorwaarden wordt voldaan. Hierdoor kunnen adviezen beter worden afgestemd op de behoeften en het herstel van de CVA-patiënten in de thuissituatie.

Discussie
In de discussie worden de sterkere en zwakkere kanten van dit onderzoek benoemd, zoals het veranderen van deelvraag 2 en de hoeveelheid literatuur die te vinden was over de EFPT en de validiteit.