Samenvatting

Dit profileringsproject is geschreven vanuit de opleiding HBO Pedagogiek tijdens een stage als pedagogisch medewerker op Multidisciplinair kinderdagcentrum de Tweegelanden in Oosterhout. Vanuit het MKD zijn er signalen gekomen over onduidelijkheden in het doorverwijzingsproces. Deze signalen gingen over de onduidelijke structuur onder de taakverdeling van de medewerkers en het feit dat er geen duidelijkheid was over de ervaringen van ouders en medewerkers.
In dit profileringsproject wordt antwoord gegeven op de volgende hoofdvraag:

Wat zijn de belevingen en meningen van de pedagogisch medewerkers, zorgcoördinatoren, fysiotherapeuten, logopedisten en leerkrachten van MKD de Tweegelanden in Oosterhout en ouders wat betreft de doorverwijzing naar een reguliere basisschool, het speciaal basisonderwijs of het speciaal onderwijs?
Het MKD biedt hulp aan kinderen tussen de 2 en 7 jaar en hun ouders. De aanmeldingsvragen zijn zeer divers. De kinderen krijgen een jaar lang behandeling op het MKD om te werken aan de aanmeldingsvragen. Daarna wordt een kind doorverwezen naar een vervolgschool. Zo'n overstap kan behoorlijk lastig zijn voor zowel het kind als de ouder. Vandaar dat het belangrijk is om die overstap zo goed mogelijk te begeleiden. Om te kijken wat er verbeterd zou kunnen worden aan dit proces, moet eerst de mening en ervaring van ouders en medewerkers op dit moment duidelijk zijn.

Om te komen tot de aanbevelingen, zijn er verschillende stappen doorlopen. In eerste instantie is er gebruik gemaakt van een literatuuronderzoek. Hierin is informatie gezocht over het MKD, de mogelijke vervolgscholen en hoe de aanmeldingen over het algemeen verlopen. Dit is terug te vinden in hoofdstuk 1. Daarna is er gebruik gemaakt van twee praktijkonderzoeken. Eén onder medewerkers, de andere onder ouders. Bij het praktijkonderzoek onder medewerkers is gebruik gemaakt van een vragenlijst. De ervaring en beleving van ouders is getoetst met behulp van telefonische interviews. Beide met als doel, met de resultaten, antwoord te kunnen geven op de bovenstaande vraag.
In hoofdstuk 2 en 3 wordt beschreven hoe het praktijkonderzoek tot stand is gekomen en wat de resultaten hiervan zijn.
In hoofdstuk 4 wordt de daaruit komende conclusie beschreven. Uit die conclusie blijkt dat zowel ouders als medewerkers over het algemeen tevreden zijn over de doorverwijzing. De medewerkers konden echter nog wel wat verbeterpunten aangeven. De verbeterpunten die uit het gehele onderzoek naar voren zijn gekomen, staan in hoofdstuk 5 beschreven, de aanbevelingen.
In de aanbevelingen komt het volgende naar voren:
- De pedagogisch medewerkers hebben meer informatie nodig over de vervolgscholen, de aanmeldingseisen en de benodigde informatie voor het aanmeldproces. Dit zou kunnen door een map te maken waarin al deze informatie per school is gebundeld.
- Doordat ouders veel contact hebben met de pedagogisch medewerkers op het MKD, is de overstap qua hoeveelheid contacten heel groot. Dit kan beter worden begeleid door het af te bouwen.
- De deskundigheid van ouders kan meer gebruikt worden door ouders meer verantwoordelijkheden te geven.
- De uiterlijke einddatum moet voor ouders vanaf de aanmelding bekend zijn.
- Na één en na drie maanden neemt de pedagogisch medewerker contact op met de school, om te evalueren hoe het gaat met het kind.
- Wanneer de school geen mogelijkheid bied om een kind te laten wennen, moet het MKD hier meer in begeleiden.
- Zorgcoördinatoren kunnen halverwege en aan het einde van de behandeling vragen hoe ouders het hebben ervaren, zodat vragen en ongenoegens eerder boven tafel komen.
- Ouders krijgen heel veel informatie tijdens een bezoek aan de nieuwe school. Dit moet dan ook gestimuleerd worden door het MKD.
- Ouders geven aan duidelijkheid te hebben over de stappen die worden doorlopen tijdens de doorverwijzing. Zij kunnen dit echter niet goed benoemen. Een overzicht wat het MKD doet en wat de ouders moeten doen biedt wellicht meer betrokkenheid en geeft een duidelijk overzicht.
- De taakverdeling is niet duidelijk voor alle medewerkers. Door een overzicht te maken wie wat moet doen en wanneer komt er meer duidelijkheid. Er worden dan geen dingen dubbel gedaan en er worden geen taken vergeten.

Ieder kind en ouder heeft recht op een goede doorverwijzing. Door dit onderzoek is duidelijk geworden wat de beleving is van medewerkers en ouders en wat er dan juist verbeterd kan worden aan de doorverwijzing.