De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

First we connect, then we correct!

een evaluatie-onderzoek naar de inzet van het model ‘Adaptief Onderwijs’ ter preventie van ongewenst gedrag bij leerlingen door leraren in de klaspraktijk

Rechten: Alle rechten voorbehouden

First we connect, then we correct!

een evaluatie-onderzoek naar de inzet van het model ‘Adaptief Onderwijs’ ter preventie van ongewenst gedrag bij leerlingen door leraren in de klaspraktijk

Rechten: Alle rechten voorbehouden

Samenvatting

Dit praktijkgerichtonderzoek werd uitgevoerd op mijn werkplek, een middenschool gelegen aan de rand van Antwerpen. De preventiepiramide van de school stond als het ware op zijn kop, met veel aandacht voor curatie maar met een te kleine preventieve basis (Deklerk, 2011). In dit evaluatieonderzoek werd nagegaan of leraren het model van ‘Adaptief Onderwijs’ konden inzetten in hun dagelijks handelen om ongewenst gedrag te voorkomen. We richtten ons hier op niet ernstig, maar wel storend en frequent voorkomend ongewenst gedrag, dat thuis hoort in de blauwe lade van het vierladenmodel (D'aes, 2019).
Het model ‘Adaptief Onderwijs’ van Stevens of het ‘CAR-model’ veronderstelt dat leraren preventief kunnen optreden tegen ongewenst gedrag door tegemoet te komen aan de drie leerpsychologische basisbehoeften aan verbondenheid, autonomie en competentie bij hun leerlingen en dit zowel tijdens hun instructie, in hun klassemanagement en als in hun interactie met de leerlingen (Oostdam et al., 2016; Stevens, 1997). Door deze indeling onstaat een negencellenmatrix met bijhorende vaardigheden (Barth et al., 1998)

Dit kleinschalig onderzoek werd uitgevoerd bij vier respondenten en vier klassen die aangaven zich handelingsverlegen te voelen in het omgaan met ongewenst gedrag uit de blauwe lade. Zowel bij de start als na afloop van het onderzoek vulden de betrokken leraren en leerlingen een survey in om te onderzoeken in welke mate het ongewenst gedrag voorkwam in de klassen. De leraren volgden een traject bestaande uit een startgesprek, vier beeldopnames, drie opvolggesprekken en één eindgesprek. Ze werden gecoacht door middel van het GROW-model en selecteerden zelf aan welke vaardigheden uit de negencellenmatrix ze wilden werken. Na afloop van het traject werd tevens een focusgesprek gehouden met zowel de leerlingen als de leraren.

In drie van de vier klassen vonden we een aanzienlijke afname van het ongewenst gedrag door de inzet van het model ‘Adaptief Onderwijs’. De respondenten verbeterden niet enkel in hun gekozen vaardigheden maar tevens in de andere vaardigheden van de negencellenmatrix. Bovendien kwamen ze tot het inzicht dat sanctioneren niet altijd werkt en dat het van belang is om in gesprek te gaan met je leerlingen, interesse in hen te tonen en hen positieve feedback te geven. De leerlingen gaven na afloop ook aan dat ze deze veranderingen opmerkten in het gedrag van hun leraar.
Het model ‘Adaptief onderwijs’ biedt scholen dus een duidelijk referentiekader om ongewenst gedrag te verminderen. Het model stelt een preventieve aanpak voor, die leraren aanzet om te reflecteren op hun eigen handelen en hen concrete handvatten aanreikt.Het tegemoet komen aan de relatie, competentie- en autonomiebehoeften van de leerlingen is laagdrempelig en kan geïmplementeerd worden in het dagelijks handelen van leraren.

Toon meer
OrganisatieFontys
OpleidingMaster Educational Needs
AfdelingFontys Opleidingscentrum Speciale Onderwijszorg
Datum2022-06-13
TypeMaster
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk