Samenvatting

De huidige situatie op de Nederlandse arbeidsmarkt laat zien dat er meer vacatures zijn dan werklozen, wat leidt tot een felle concurrentie om talent. Dit wordt aangedreven door verschillende factoren zoals demografische veranderingen, automatisering en evoluerende verwachtingen van medewerkers. Om hiermee om te gaan, wordt effectieve samenwerking zowel binnen als tussen organisaties cruciaal geacht. Het bevorderen van samenwerken en het doorbreken van afdelingsgrenzen zijn essentieel, met leidinggevenden die een sleutelrol spelen in het stimuleren van een samenwerkingsgerichte cultuur. Dit wordt gezien als een belangrijke investering die organisaties in staat stelt om flexibel te blijven en zich aan te passen aan veranderende omstandigheden.
Dit rapport richt zich op de vraag: ‘Hoe kan het HR-team ervoor zorgen dat de leidinggevenden bij Design Academy Eindhoven duidelijk hebben wat er van hen verwacht wordt, zodat de leidinggevenden qua eerstelijns personele verantwoordelijkheden hun rol in de organisatie kunnen pakken?’
Om het vraagstuk aan te pakken, zijn verschillende onderdelen van de interventie ontworpen: een HR-servicemodel, een platform voor leidinggevenden, signaleringsbijeenkomsten en een herontwerp voor bilaterale overleggen. Het ontwerp van deze interventie is tot stand gekomen via een stapsgewijs proces, waarbij diverse belanghebbenden binnen de Design Academy Eindhoven op verschillende manieren zijn betrokken. Dit omvatte verkennende interviews, deelname aan vergaderingen, workshops en bilaterale overleggen, evenals brainstormsessies en gesprekken die input hebben geleverd voor de innovatieve interventie. Het ontwerp van deze interventie is gebaseerd op het Leading Change-model (1997) en de Theory of Planned Behavior (1991), waarbij nauwlettend rekening is gehouden met de input van de belanghebbenden.
Om de effectiviteit van de interventie te meten en te evalueren, zijn observaties, kwalitatieve interviews en eén kwantitatieve enquête gebruikt. Uit de evaluatie is niet alleen gebleken dat de beoogde uitkomst is behaald, maar ook dat het effect gedeeltelijk is bereikt en dat verwacht wordt dat de bestemming op termijn ook zal worden bereikt. Op dit moment kan deze bestemming echter nog niet daadwerkelijk worden gemeten.
Tevens wordt in het laatste hoofdstuk van dit rapport gediscussieerd over verschillende aspecten, waaronder de inhoud en vormgeving van de interventie. Bovendien worden aanbevelingen gedaan voor verdere ontwikkeling en wordt besproken wat de innovatieve waarde van de interventie is.