Samenvatting

Achtergrond: Uit praktijkervaring is gebleken dat de meting van de stand van de onbelaste voorvoet in langzit wordt uitgevoerd. In literatuur is de meting enkel in buiklig onderzocht. Hierdoor ontstaat de vraag of er een verschil is tussen de inter- en intrabeoodelaarsbetrouwbaarheid in langzit en in buiklig. Op deze wijze wordt onderzocht of het protocol in de praktijk aangepast moet worden.

Methode: De voorvoetmeting is in langzit en in buiklig op 35 proefpersonen uitgevoerd (70 voeten). De proefpersonen kwamen uit kenniskringen van de onderzoeker. De metingen werden door twee, bijna afgestudeerde, podotherapie studenten uitgevoerd zodat de interbeoordelaarsbetrouwbaarheid beoordeeld kon worden. Dezelfde proefpersonen zijn op een tweede meetmoment teruggekomen voor dezelfde metingen voor de intrabeoordelaarsbetrouwbaarheid. Om het aantal graden in- of eversie af te lezen werd er gebruik gemaakt van een goniometer. Achteraf is er een evaluatie rondgestuurd naar de proefpersonen.

Resultaten: De ICC voor intrabeoordelaarsbetrouwbaarheid bedraagt voor onderzoeker één 0,61 en 0,385 voor onderzoeker twee in langzit. In buiklig bedraagt dit bij onderzoeker één 0,811 en bij onderzoeker twee 0,114. De ICC voor interbeoordelaarsbetrouwbaarheid was in langzit 0,515 op meetmoment één en 0,584 op meetmoment twee. In buiklig was dit 0,222 op meetmoment één en 0,394 op meetmoment twee.

Conclusie: De buikligmethode geeft een betere intrabeoordelaarsbetrouwbaarheid dan de langzit methode, mits de meting nauwkeurig wordt uitgevoerd en er de tijd voor wordt genomen. In dit opzicht zou het protocol voor eenmanspraktijken aangepast moeten worden naar de buiklig methode. Omdat uit de evaluatie is gebleken dat het protocol niet door beide onderzoekers geheel is aangehouden, kunnen de uitkomsten voor de interbeoordelaarsbetrouwbaarheid niet met zekerheid aangenomen worden. Dit moet opnieuw onderzocht worden. Verder is het mogelijk dat het bisecteren van het onderbeen en de calcaneus in buiklig een belangrijke lijddraad is. Dit kan nog verder onderzocht worden.