De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

Samenvatting

Samenvatting

De literatuurverwijzingen zijn terug te vinden in literatuurlijst 2.

Achtergrond
Vanaf 1987 heeft de Werkgroep Bewegingswetenschappen van de universiteit Groningen zich bezig gehouden met het meten van fitheid bij ouderen. Het doel van dit onderzoek was, het ontwikkelen van een praktijktest voor het meten van de motorische fitheid bij zelfstandig wonende mensen van 55 jaar en ouder. Het onderzoek heeft in 1996 geresulteerd in het verschijnen van een dissertatie over de ontwikkelingen van de Groninger Fitheids test voor Ouderen (GFO). Voortvloeiend uit de ontwikkeling van de GFO wordt momenteel door de Werkgroep Bewegingswetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen gewerkt aan het ontwikkelen van een strategie om sportief niet-actieve mensen van 55 jaar en ouder, te stimuleren tot deelname aan sportieve activiteit, het zogenaamde Groningen Actief Leven Model (GALM). Er is dus veel ontwikkeling in het meten van de fitheid van mensen (57).

Onze maatschappij wordt gekenmerkt door een toenemende vergrijzing. Bij deze vergrijzing speelt de zelfredzaamheid en het zelfstandig kunnen uitvoeren van de Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL) een grote rol. Een belangrijk doel in de gezondheidszorg is dus het onderhouden of verbeteren van de zelfredzaamheid van de ouderen. Fysieke activiteit en fysieke fitheid spelen hierbij een belangrijke rol. Een belangrijk onderdeel van fysieke fitheid is motorische fitheid. Wanneer de motorische fitheid goed is, kunnen de ouderen de ADL langer zelfstandig uitvoeren. Hierdoor is het mogelijk dat de ouderen minder hulp behoeven. Een zorgcentrum geeft deze zorg, in de vorm van "zorg op maat" per cliënt.

Doel
Zorg wordt onder andere gegeven in zorgcentra. Een zorgcentrum is de 'Akert' te Geldrop. Voor zorgcentrum de 'Akert' is het niet duidelijk hoe de motorische fitheid in kaart gebracht kan worden. Het Brabants Ondersteuningsinstituut Zorg (BOZ) ondersteunt zorgcentrum de 'Akert' hierbij. Vanwege de onduidelijkheid die er heerst is de volgende probleemstelling geformuleerd: het is niet duidelijk of er meetinstrumenten zijn die de motorische fitheid van ouderen, boven de 75 jaar, wonend in een zorgcentrum kunnen meten, zodat per cliënt "zorg op maat" gegeven kan worden. Bovendien is het de vraag of er geschikte meetinstrumenten zijn voor BOZ, en ouderen wonend in de 'Akert'.
Het doel van dit project is dan ook meer inzicht geven, in het in kaart brengen van motorische fitheid, met behulp van kwalitatief goede meetinstrumenten, zodat per cliënt "zorg op maat" geleverd kan worden. En het geven van een advies, voor BOZ en de 'Akert'.

Onderzoeksvraag
Wat zijn kwalitatief goede meetinstrumenten die bij ouderen, wonend in een zorgcentrum, de motorische fitheid kunnen meten. Zodat per cliënt "zorg op maat" gegeven kan worden?

Methode
Om deze vraag te kunnen beantwoorden, is door middel van een literatuuronderzoek een inventarisatie gemaakt naar de bestaande meetinstrumenten, die de motorische fitheid kunnen meten bij mensen van 55 jaar en ouder. De literatuur is bestudeerd, waarna de relevante gegevens verzameld zijn. Deze gegevens zijn beoordeeld, zodat er een conclusie geformuleerd kon worden. Bovendien is er een advies geformuleerd voor het BOZ en de 'Akert'.

Conclusie
De BBS en de PFMP zijn dus zeer bruikbaar en kwalitatief goede meetinstrumenten die bij ouderen, wonend in een zorgcentrum, de motorische fitheid kunnen meten, zodat per cliënt "zorg op maat" gegeven kan worden? ".

Als alleen de motorische fitheid van de onderste extremiteit gemeten wordt, zijn de EMS, FR, T 10 MWT en de TUG kwalitatief goede meetinstrumenten.

Summary

All the literature used for this summary, can be found in literature list 2.

Background
Since 1987 the university of Groningen is busy with measuring health of the elderly. The purpose of the research was to develop a practical test for measuring the motoric health of persons who are older than 55-years and living independent. In 1996 the research has lead to the appearance of a thesis about the development of the "Groninger Fitheids test voor Ouderen" (Groninger Health measurement for the elderly). As a result, the developers of the "GFO" are working on the development of stimulating non-active persons older than 55 years to participate in sports activities, the so called "Groningen Aktief Leven Model" (Groningen Active Living Model). There is a lot of development in measuring health of people (57).

Our society is characterised by the increase of the proportional grow grey. Along the proportional increase of the ageing population, the personal care and independence, are a big part of daily living activities. An important purpose of the " healthcare" is to maintain or improve the independence of these elderly. Therefore the physical activity and physical health play a significant role. An important part of physical health is motoric health. When the motoric health is good, the elderly can perform the daily living activities better. Because of this, it is possible that the elderly need less care. Elderly residents give this care.

Purpose
An elderly residents is the 'Akert' in Geldrop. For the 'Akert' it isn't clear how to review the motoric health. The 'Brabants Ondersteuningsinstituut Zorg' (BOZ) supports the 'Akert'. Therefore, a problem has come forward: what are qualitative good measurement tools, which measure the motoric health, in an elderly population, living in a elderly residence, so that each client can receive "individual care". And give an advice to BOZ and the 'Akert'.

Method
To answer this question, literature research has been done. The purpose was to find existing measurement instruments, which measure the motoric health, so that each client, "individual care" can be given to people, who are 55 years and older. After the literature has been studied, the relevant information was collected. This information was judged so that a conclusion could be written. Also an advice was made for the BOZ and the 'Akert'.

Conclusion
The BBS and the PFMP are very useful and are qualitative good measurement tools, which measure the motoric health, so that each client, can be given "individual care".

If only the motoric health of the lower limbs can be measured the EMS, FR, T 10 MWT and the TUG are qualitative good measurement tools.

Toon meer
OrganisatieFontys
OpleidingFysiotherapie
AfdelingFontys Paramedische Hogeschool
PartnerDe Akert, Geldrop
Jaar2002
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk