Oplossingsgericht werken met een kind met het syndroom van Down
Oplossingsgericht werken met een kind met het syndroom van Down
Samenvatting
In het kader van mijn afstudeeropdracht van de Master Sen opleiding gedragsspecialist heb ik onderzoek gedaan naar de mogelijkheden die oplossingsgericht werken biedt om een kind met het syndroom van down te begeleiden. Hierbij het ik gewerkt met Sander, een jongen van 9 jaar die in verschillende situaties heel angstig is. Door zijn angst voor een bal, was het onmogelijk om hem mee te nemen naar de gym. Aan het begin van mijn onderzoek stelde ik mezelf de volgende vraag: Hoe kan ik Sander, een jongen van 9 jaar met het syndroom van Down, die niet in staat is goed verbaal te communiceren, door middel van oplossingsgericht werken begeleiden, om hem te leren met zijn angst om te gaan, zodat hij met zo min mogelijk belemmeringen, deel kan nemen aan de balspellessen?
In de literatuur (Bannink en Roeden (2007) en Berg en Steiner (2009)) worden verschillende manieren aangegeven om oplossingsgericht te werken met verstandelijk beperkten en met kinderen. In alle gevallen wordt echter uitgegaan van een situatie waarbij het kind in staat is te communiceren. Aangezien dit een probleem is bij Sander heb ik de standaard methode bij oplossingsgericht werken iets moeten aanpassen. Daarbij heb ik bekeken welke hulpmiddelen ik kan gebruiken in een dergelijke situatie. Na literatuur onderzoek heb ik een plan van aanpak gemaakt, waarbij ik nagegaan ben welke zaken vooraf geregeld moesten worden. Daarna ben ik met Sander oplossingsgericht aan de slag gegaan.
Gedurende een periode van 10 weken heb ik Sander begeleid. Aan het begin van de begeleiding heb ik Sander tijdens de gymles geobserveerd. Hij zat toen 100 % van de tijd aan de kant en was niet te motiveren om met de groep mee te doen.
In het eerste gesprek hebben we hebben samen gekeken wat hij wil bereiken en wat hij nu al beheerst. Dit is gedaan met behulp van foto's en plaatjes. Daarna zijn we gaan oefenen. Al vrij snel werd duidelijk dat het oplossingsgericht werken aan sloeg. Sander nam zelf het initiatief om mee te gaan naar de gymles en was zeer enthousiast als we gingen oefenen. In de loop van de tijd bleef hij stappen voorwaarts maken. In eerste instantie had hij mijn begeleiding heel hard nodig. Gedurende de gehele les moest ik bij hem blijven om hem actief bij de les te betrekken. Na een paar weken, kon ik hem al voor een groot deel van de les vanaf de zijlijn begeleiden. Aan het eind van de begeleiding (na 10 weken) was Sander in staat om een groot deel van de les actief mee te spelen. Mijn hulp had hij nog wel
regelmatig nodig, maar de mate waarin dat nodig was, was flink afgenomen. Nadat het officiële onderzoek gestopt was, bleef Sander doorgroeien. Nu (mei 2010) is hij in staat om zelfstandig de les te volgen. De afgelopen les, gaf hij aan dat hij graag de tikker wilde zijn bij tikkertje met de bal. En tijdens het paaltjesvoetbal voetbalde hij enthousiast mee. Ik ben nog wel bij de les aanwezig, om hem te ondersteunen als dat nodig is, maar waarschijnlijk kan de groepsleerkracht hem binnenkort zelf begeleiden en heeft hij mijn steun niet meer nodig.De aanpassing van de hulpmiddelen die bij dit onderzoek nodig waren hebben goed gewerkt. De verkregen resultaten zijn zeer positief. Aan het begin van het onderzoek was er voor een gedeelte van de angstproblemen van Sander geen oplossing. Door dit onderzoek heeft Sander beter leren omgaan met zijn angsten.
Organisatie | Fontys |
Afdeling | Fontys Opleidingscentrum Speciale Onderwijszorg |
Jaar | 2010 |
Type | Master |
Taal | Nederlands |