De maximale amplitudevectorlengte waarbij de matchnauwkeurigheid bij een 3D- en een 4D-CBCT-scan bij een stereotactische longbestraling nog overeenkomt
De maximale amplitudevectorlengte waarbij de matchnauwkeurigheid bij een 3D- en een 4D-CBCT-scan bij een stereotactische longbestraling nog overeenkomt
Samenvatting
Achtergrond:
In het Radboudumc wordt een stereotactische (SBRT) longbestraling uitgevoerd bij patiënten met een inoperabel, niet kleincellig longcarcinoom (NSCLC) stadium I – II. Voorafgaand aan de bestraling wordt een positieverificatie middels een Cone Beam CT (CBCT) uitgevoerd. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen de 3D- en de 4D-techniek. Het doel van dit onderzoek is om met behulp van de amplitudevector, die op de CT-scan wordt bepaald, te onderzoeken wanneer overgestapt moet worden op een positieverificatie middels een 4D-CBCT-scan in plaats van een 3D-CBCT-scan. Methode In deze retrospectieve kwantitatieve studie is bij 52 laesies de amplitudevector bepaald. Vervolgens zijn de translatiecorrecties in drie translatierichtingen (lateraal, anterior – posterior en superior – inferior) van 730 4D-CBCT-scans genoteerd. De 4D-CBCT-scans zijn vervolgens met een 3D-techniek opnieuw gematcht. Deze translatiecorrecties zijn vervolgens vergeleken. Het verschil dat hieruit volgde is getoetst met behulp van de gepaarde T-toets en uitgezet tegen de bijbehorende amplitudevectorlengtes. Resultaten De amplitudevectorlengte had een range van 5 – 26 mm. De pieken lagen bij 5 mm en 8 mm. De verschillen tussen de 3D- en de 4D-CBCT-scan in de translatierichtingen superior – inferior (0,4 ± 1,3 mm) en lateraal (-0,1 ± 0,9 mm) zijn statistisch significant bevonden. De translatierichting anterior – posterior laat het kleinste verschil zien (0,0 ± 0,8 mm). De translatierichtingen superior – inferior en lateraal zijn hierna uitgezet tegen de amplitudevectorlengte. Hierbij was het kleinste verschil te zien bij een amplitudevectorlengte van 18 mm in beide richtingen. Het grootste verschil is waargenomen in de laterale richting bij een amplitudevectorlengte van 5 mm. Conclusie De resultaten uit deze studie laten geen duidelijk verband zien tussen de grootte van het verschil tussen een 3D- en een 4D-CBCT-scan en een stijgende amplitudevectorlengte. De grootte van het verschil tussen een 3D- en een 4D-CBCT-scan verschilt per amplitudevectorlengte, zonder dat dit een duidelijk verband heeft.
Organisatie | Fontys |
Opleiding | MBRT |
Afdeling | Fontys Paramedisch |
Partner | Radboudumc te Nijmegen |
Jaar | 2015 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |