Samenvatting

Introductie:
De wereld is al lange tijd aan het digitaliseren en technologische ontwikkelingen vinden in rap tempo
plaats, zo ook op het gebied van zorgtechnologie. De inzet van zorgtechnologie kan direct invloed
hebben op het dagelijks handelen van mensen, wat hét expertisegebied van de ergotherapeut is.
Het is daarom van belang dat zorgtechnologie geïntegreerd wordt in de ergotherapeutische
dienstverlening, om zo de cliënt gerichte zorg te kunnen bieden die aansluit bij de maatschappelijke
en technologische ontwikkelingen.
Vraagstelling:
In onderstaand onderzoek is antwoord gegeven op de volgende onderzoeksvraag:
“Welke achterliggende redenen spelen er onder de ergotherapeuten in Nederland, die werkzaam zijn
met de doelgroep volwassenen, bij het overwegen en inzetten van ondersteunende zorgtechnologie
in het mogelijk maken van het betekenisvol dagelijks handelen van de cliënt?”
Methode:
Voor het beantwoorden van bovenstaande onderzoeksvraag is gebruik gemaakt van een
kwalitatieve methode. Tien ergotherapeuten uit diverse settingen zijn geïnterviewd. Middels
interviews is het mogelijk om dóór te vragen en de normen en waarden, overtuigingen en
achterliggende redenen van de ergotherapeuten in kaart te brengen. De analyse is vormgegeven
middels een inhoudelijke analyse. Uit deze inhoudelijke analyse zijn zes thema’s ontstaan, waarmee
de onderzoeksvraag beantwoord kan worden.
Resultaten:
De resultaten zijn uitgeschreven aan de hand van zes thema’s. De volgende thema's zijn uit de
interviews naar voren gekomen: ‘Overwegingen van de ergotherapeut’, ‘De cliënt is van invloed op
de inzet van zorgtechnologie’, ‘De effectiviteit van zorgtechnologie is van invloed’, ‘Het
aanvraagproces’, ‘Beïnvloedende factoren bij de implementatie’ en ‘Behoeftes die (verder) vervuld
kunnen worden’. Ieder thema is gericht op achterliggende redenen die onder de ergotherapeuten
spelen bij het wel of juist niet inzetten en overwegen van ondersteunende zorgtechnologie.
Conclusie:
De ergotherapeuten ervaren de inzet van ondersteunende zorgtechnologie over het algemeen
positief. Hierin ervaren de ergotherapeuten echter wel diverse belemmeringen die hen beperken bij
de inzet van zorgtechnologie. Dit zijn ook belemmeringen die nog niet eerder in de literatuur naar
voren zijn gekomen, zoals weerstand bij de implementatie, moeilijkheden met financiering en
beperkte mogelijkheden tot uitproberen. Uit voorliggend onderzoek valt te concluderen dat niet
alleen de ergotherapeuten behoefte hebben aan ondersteuning bij de inzet van zorgtechnologie,
maar dat er in de gehele gezondheidszorg meer aandacht en acceptatie moet komen om
zorgtechnologie te implementeren en te laten slagen.
Aanbevelingen:
De op basis van dit onderzoek geformuleerde aanbevelingen richten zich op vervolgonderzoek,
zorgtechnologische ontwikkelingen en aan de commissie zorgtechnologie en het onderwijs.
Voor vervolgonderzoek zijn de aanbevelingen gericht op onderzoek naar andere vormen van
zorgtechnologie en onderzoek naar de verschillen tussen werksettingen of doelgroepen. De
aanbevelingen voor de productontwikkelaars richten zich op de verbetering van technologische
producten en het aanbieden van de mogelijkheid tot uitproberen. De aanbevelingen aan de
commissie zorgtechnologie zijn gericht op het laten aansluiten van het aanbod bij de onderzochte
behoeftes van de ergotherapeuten. Tenslotte zijn de aanbevelingen aan het onderwijs gericht op het
integreren van zorgtechnologie in het onderwijs.