Samenvatting

Dit onderzoek draait om het beantwoorden van de hoofdvraag: ‘’Hoe kan er een stabiel aluminium booglasproces ontwikkeld worden voor EN AW-5754 en EN AW-6082 legeringen, waarbij de start- en eindfase verminderd worden zonder kwaliteitsverlies te hebben?’’. Uit dit onderzoek is gebleken dat het mogelijk is om met de Fronius TPSi een stabiel aluminium proces te verkrijgen met de EN AW-5754 en de EN AW-6082 legeringen. Hierbij wordt voldaan aan de kwaliteitscriteria. De kwaliteitscriteria worden volgens de aluminium lasboog norm van Renault getoetst, zie Bijlage 6 Aluminium lasboog norm Renault.
Booglassen is een proces waarbij een elektrische lasboog tussen de elektrode en het te lassen materiaal gevormd wordt. Het lasbad wordt beschermd tegen oxidatie door het gebruik van 100% argon. Een booglasproces is stabiel als het een herhaalbaar proces is en het gehele traject volgens aansturing verloopt. Dit houdt in dat de lasboog niet te groot of te klein mag zijn, de toortsstand correct is ingesteld, de juiste voorloopsnelheid en draadsnelheid worden gebruikt.
De testen zijn uitgevoerd in een cel in het Fieldlab van AWL-Techniek Holding BV. AWL is een bedrijf dat gespecialiseerd is in het maken van geautomatiseerde productiesystemen, waar hechttechnieken van toepassing zijn.
De testopstelling is geschikt gemaakt voor aluminium lassen. Zo zijn de stalen geleiders vervangen voor plastic geleiders, hiermee wordt voorkomen dat het toevoegmateriaal vervuild raakt. Daarnaast zijn de contacttip, lasdraad, type gas en een magneetklep voor de gasaanvoer aangepast om aluminium te kunnen lassen. Er zijn vier lasprocesvarianten getest. De volgende lasprocesvarianten zijn vanwege de verschillende warmte inbreng gekozen:
- PMC Ripple drive
- PMC Mix drive
- PMC Universeel
- CMT Mix drive
PMC staat voor Pulse Multi Control en valt onder pulserend lassen. CMT staat voor koude materiaal overdracht en valt onder de koude varianten van kortsluitbooglassen.
De EN AW-5754 hoort bij de aluminium 5xxx groep en de EN AW-6082 bij de aluminium 6xxx groep. Er zijn kleine verschillen in het inbrandingsbeeld zichtbaar tussen de legeringen. De verschillen in het inbrandingsbeeld zijn dusdanig klein dat de testen niet op beide legeringen uitgevoerd hoeven te worden.
De startfase is de tijd dat de robot aan het begin stilstaat en de tijd dat de startstroom afgebouwd wordt naar de hoofdstroom. De robot moet verplicht stilstaan volgens AWL waardoor een vliegende start niet mogelijk is. De tijd van de startfase kan hierdoor niet verminderd worden.
Een eindfase is er om met een lagere stroom de eindkrater te vullen en warmscheuren te voorkomen. De huidige S2-step die ontwikkeld is voor aluminium lassen is niet in staat om de eindfase in de beweging van de robot te beginnen. Dit geeft een te warme eindfase waardoor het moeilijker is om de eindkrater te vullen