Inclusieve automatisering
een laagdrempelige programmeer methode voor collaboratieve robotsInclusieve automatisering
een laagdrempelige programmeer methode voor collaboratieve robotsSamenvatting
De Technohub Inclusieve Technologie (TINT) is in 2020 opgericht en doet sindsdien onderzoek naar hoe technologie ingezet kan worden om een inclusievere arbeidsmarkt in de regio te creëren. Hierbij wordt een arbeidsmarkt bedoeld waarbij iedereen mee kan doen, ongeacht hun achtergrond of eventuele verstandelijke-, geestelijke of lichamelijke beperkingen. Met als doel het hoogst mogelijke haalbare op de participatieladder te behalen. Sinds kort doet de TINT ook onderzoek naar Coöperatieve robots. Dit zijn robotarmen die in tegenstelling tot industriële robots veilig hun werkplek kunnen delen met de mens. Hierdoor is het mogelijk dat de robot en de mens elkaar ondersteunen tijdens complexe taken. Uit eerder onderzoek van de TINT binnen een sociaal werkleerbedrijf is gebleken dat er voornamelijk twee knelpunten zijn bij de inzet van Cobots. Dit zijn: een gebrek aan kennis over de inzetbaarheid en programmering van de Cobot en een gebrek aan acceptatie vanuit de medewerkers. Deze knelpunten in combinatie met een hoge doorloop aan verschillende werkzaamheden binnen het sociaal werkleerbedrijf zorgen ervoor dat de Cobot na implementatie snel stilvalt, en dus niet effectief benut wordt. Tijdens dit onderzoek is er specifiek gekeken hoe de programmering van de Cobot versimpeld kan worden. Hiervoor is er als eerst gekeken binnen welk proces de Cobot geïmplementeerd kan worden. Door een hoge doorstroom van verschillende werkzaamheden is er uiteindelijk gekozen om dit te realiseren voor een pelletiseertaak. Pelletiseren is het stapelen van dozen op een pallet maar lijkt in zijn essentie ook erg op het plaatsen van voorwerpen in een doos. Er is specifiek voor deze taak gekozen omdat deze binnen elke opdracht wel voorkomt. In de huidige situatie zijn er vaste werknemers aangewezen die de hele dag dozen op pallets stapelen. Afhankelijk van het gewicht van de dozen kan deze taak erg belastend zijn en leiden tot blessures en soms zelfs uitval. Door de repetitieve aard van deze taak is hij erg geschikt om door een Cobot uit te laten voeren. Omdat de Cobot uit zichzelf niet beweegt zal deze eerst voor de taak geprogrammeerd moeten worden. Dit wordt gedaan binnen een speciale programmeer omgeving op een tablet die aan de Cobot vastzit. Echter is de huidige methode erg omslachtig waarbij er door veel verschillende menu’s heen genavigeerd moet worden. Daarnaast wordt er binnen deze menu’s weinig tot geen uitleg gegeven over de functies die geprogrammeerd kunnen worden. Om het programmeer proces toegankelijker te maken voor werknemers op de hal is er tijdens dit project is er een zogeheten URCap geschreven. Een URCap is een stuk op maat gemaakte software die de mogelijkheid geeft om extra functies en menu’s aan de programmeer omgeving toe te voegen. Deze ontworpen URCap voegt een nieuw scherm binnen de programmeer omgeving toe waar de operator vervolgens de minimaal benodigde parameters voor de taak in kan stellen. Aan de hand van deze parameters berekent het systeem zelf hoeveel objecten er geplaatst kunnen worden en waar deze precies geplaats moeten worden. Hierdoor hoeft de operator geen uitgebreide kennis over het werken met de Cobot meer te hebben om de taak om te zetten naar een robot taak. Daarnaast hoeft er ook niet meer door verschillende menu’s genavigeerd te worden Uit tests met de ontwikkelde methode is gebleken dat deze een enorme tijdswinst behaalt ten opzichte van de conventionele methode, en dat de intuïtiviteit van de programmering een stuk hoger is.
Organisatie | De Haagse Hogeschool |
Opleiding | GVS Mens en Techniek | Bewegingstechnologie |
Afdeling | Faculteit Gezondheid, Voeding & Sport |
Partner | Technohub Inclusieve Technologie (TINT), Apeldoorn |
Jaar | 2024 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |