Het Utrecht Science Park - Van ‘Hutspot’ naar ‘Hotspot’
een onderzoek naar de verbetering van de verblijfskwaliteit op het Utrecht Science ParkHet Utrecht Science Park - Van ‘Hutspot’ naar ‘Hotspot’
een onderzoek naar de verbetering van de verblijfskwaliteit op het Utrecht Science ParkSamenvatting
Een groot aantal belanghebbenden bij het Utrecht Science Park (USP) is gaan samenwerken in een zogenaamd leaderless network. De samenwerkende partijen van het leaderless network willen het USP en haar omgeving tot een toonaangevend en internationaal concurrerend vestigingsmilieu maken, waar een gezonde en duurzame toekomst tot leven komt. Het USP moet een open community zijn, gericht op interactie binnen en tussen hoogwaardige kennisclusters. Interactie zorgt voor kennisuitwisseling, samenwerking en innovatie. Om dit te bereiken is onder meer een dynamische omgeving nodig met hoogwaardige voorzieningen die uitnodigen tot ontmoeting. In dit onderzoek wordt antwoord gegeven op de vraag: “Hoe kun je de verblijfskwaliteit in het USP verbeteren om gebruikers van het USP naar buiten te lokken en meer dynamiek te creëren?” Aan de hand van literatuuronderzoek, interviews en enquêtes is informatie verzameld om op deze hoofdvraag een antwoord te kunnen geven.
Om de verblijfskwaliteit te ‘meten’ zijn de Place Diagram en de bijbehorende vragen van Project for Public Spaces (PPS) gebruikt. Hierin staan vier hoofdelementen centraal: toegankelijkheid, gezelligheid, comfort & imago en gebruik & activiteiten. Een goede balans tussen deze vier hoofdelementen zorgt voor een succesvolle ontmoetingsplaats.
Er zijn drie aandachtsgebieden geselecteerd op het USP: de centrale as, de (verbinding naar de) Botanische Tuinen en de entree van het plangebied. Voor deze drie aandachtsgebieden is onderzocht wat de knelpunten en kansen voor verbetering zijn, wat kan leiden tot verbetering van de verblijfskwaliteit en tenslotte zijn aanbevelingen geformuleerd voor verbetering op basis van PPS. Dit is gedaan aan de hand van literatuuronderzoek, eigen observaties en de enquêtes rond wensen en ideeën vanuit de gebruikers. Er worden vervolgens impressiebeelden gegeven van de mogelijke aanpassingen door middel van een moodboard: dit geeft de sfeer aan die de plaats idealiter uitademt.
In de ‘centrale as’ zijn de grootste knelpunten: gezelligheid, gebruik & activiteiten en comfort & imago. Comfort & imago is het grootste knelpunt in het aandachtsgebied ‘(verbinding naar de) Botanische Tuinen’ door het gebrek aan activiteiten en bereikbaarheid. Bij het aandachtsgebied ‘entree plangebied’ gaat het vooral om comfort & imago, gebruik & activiteiten en in mindere mate gezelligheid. Per aandachtsgebied zijn er verschillende hoofdelementen waaraan gewerkt kan worden, zodat de verblijfskwaliteit verbetert en er meer dynamiek en beweging ontstaat in de openbare ruimte.
De voorstellen van ingrepen in de openbare ruimte zijn vrijwel allemaal niet duur en gemakkelijk te realiseren. Er is tevens een lijst met quick- wins opgesteld, dit zijn ingrepen die gemakkelijk en snel te realiseren zijn en snel resultaat geven.
Om de verblijfskwaliteit te vergroten zodat er meer dynamiek ontstaat, is meer nodig dan alleen deze ingrepen in de openbare ruimte. Partijen moeten met elkaar in gesprek over onderwerpen zoals: toezichthouden en onderhoud van de ingrepen, voortouw nemen in de ontwikkelingen, de rol van het USP bepalen in de stad Utrecht en het betrekken van gebruikers bij de ontwikkelingen. De belangrijkste vraag is echter: wie neemt het voortouw?
Organisatie | Hogeschool Utrecht |
Opleiding | Ruimtelijke Ordening en Planologie |
Afdeling | Gebouwde Omgeving |
Partner | Provincie Utrecht |
Datum | 2016-06-09 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |