Samenvatting

Aanleiding: Bij vrouwen met chronische nekklachten zijn de diepe en superficiale cervicale flexoren verzwakt. De beste therapie hiervoor is nog onduidelijk. Er worden verschillende onderzoeken gedaan naar actieve oefentherapieën, zoals craniocervicale flexie (CCF) training en globale krachttraining van de cervicale musculatuur. Er is echter nog geen eenduidig protocol voor de behandeling van chronische nekklachten bij vrouwen.
Vraagstelling: Leidt craniocervicale flexie training tot een grotere afname van pijn en beperkingen op activiteitenniveau en tot een grotere verbetering van spierfunctie tijdens hoofdbewegingen en functionele armbewegingen bij vrouwen met chronische nekklachten in vergelijking met globale krachttraining van de cervicale musculatuur?
Methode: Via internet is er gezocht in Pubmed. De artikelen zijn gescoord met de PEDro score. De belangrijkste inclusiecriteria waren craniocervicale flexie training en globale krachttraining, vrouwelijke deelnemers met chronische nekklachten langer dan 3 maanden, aanwezigheid van duidelijk beschreven protocol en een PEDro score ≥ 6.
Resultaten: Vijf artikelen zijn geïncludeerd om de vraagstelling te beantwoorden. Uit deze artikelen is gebleken dat er een afname is van pijn en beperkingen op activiteitenniveau bij CCF training en globale krachttraining van de cervicale musculatuur na interventie, maar er is geen significant verschil tussen beide groepen (P>0,05). De kracht van de superficiale flexoren is toegenomen bij de krachttrainingsgroep in vergelijking met de CCF trainingsgroep. De kracht van de diepe cervicale flexoren is toegenomen bij beide groepen. Er is een significante toename van de amplitude van de diepe cervicale flexoren en ROM en een vermindering van de amplitude van de m. sternocleidomastoideus (SCM) en m. scalenus anterior (SA) gemeten tijdens de craniocervicale flexie test (CCFT) bij de CCF trainingsgroep vergeleken met de krachttrainingsgroep. Er is geen verandering van de SCM amplitude tijdens functionele armbewegingen bij beide groepen. Er is wel een eerdere activatie van de diepe cervicale flexoren bij de CCF trainingsgroep. Dit verschilt significant met de krachttrainingsgroep (P<0,05).
Conclusie: Er kan geconcludeerd worden dat CCF training niet tot een significante afname leidt van pijn en beperkingen op activiteitenniveau vergeleken met globale krachttraining van de cervicale musculatuur bij vrouwen met chronische nekklachten. Het lijkt erop dat CCF training wel leidt tot een grotere verbetering van de spierfunctie tijdens hoofdbewegingen en functionele armbewegingen dan krachttraining.
Key words: craniocervical flexion training, chronic neck pain, exercise, coordination