Bevorderende en belemmerende factoren voor borstvoeding
Een kwantitatief onderzoek naar de bevorderende en belemmerende factoren voor het (exclusief) geven van borstvoeding op ArubaBevorderende en belemmerende factoren voor borstvoeding
Een kwantitatief onderzoek naar de bevorderende en belemmerende factoren voor het (exclusief) geven van borstvoeding op ArubaSamenvatting
Aanleiding
Ondanks de vele voordelen van het geven van borstvoeding is het percentage moeders dat borstvoeding geeft laag. Wereldwijd geeft 40% van de moeders exclusief borstvoeding gedurende een periode van nul tot zes maanden. Op Aruba is dit percentage heel laag. In 2002 kreeg minder dan 10% van de pasgeborenen exclusief borstvoeding vanaf de geboorte, dit daalde tot nul gedurende de eerste zes maanden. De meerderheid van de pasgeborenen, namelijk 70% kreeg een combinatie van borst- en flesvoeding. In 2010 werd dit onderzoek herhaald, er is een stijging geconstateerd bij kinderen die exclusief borstvoeding kregen tot de leeftijd van zes maanden van 0 naar 9%. De meerderheid van de kinderen, namelijk 52% kreeg een combinatie van borst- en flesvoeding. Ondanks deze groei is er nog veel ruimte voor verbetering, omdat het percentage moeders dat (exclusief) borstvoeding geeft op Aruba nog heel laag is vergeleken met dat van andere landen.
Methode
Middels een enquête is een kwantitatief onderzoek gedaan naar de bevorderende en belemmerende factoren voor het (exclusief) geven van borstvoeding op Aruba. Er is gebruik gemaakt van een aselecte steekproef, waarbij 195 vrouwen die in 2016 eerstelijns bevallen zijn benaderd werden. Voor de dataverzameling en -analyse is gebruikt gemaakt van de Office programma’s Word®, Excel® en het programma IBM® SPSS® Statics 21
Resultaten
Aan dit onderzoek namen 78 vrouwen die in 2016 bevallen zijn deel.
De voordelen voor het kind waren de voornaamste redenen voor de moeders om borstvoeding te geven. Volgens de respondenten was de begeleiding van de verloskundige goed, maar de begeleiding in het ziekenhuis niet optimaal. Kennis hebben over de voordelen van borstvoeding, rooming-in en hoge productie van moedermelk hadden een positieve invloed op de borstvoedingsduur. Daarentegen hadden factoren zoals kapotte en/of pijnlijke tepels, onvoldoende melkproductie en geen adequate professionele een negatieve invloed op de duur van het geven van borstvoeding.
Discussie
De resultaten van dit onderzoek tonen veel gelijkenissen met bestaande literatuur. Zo komen de meeste bevorderende factoren overeen, zoals rooming-in, kennis hebben over de voordelen van borstvoeding en zelfeffectiviteit. Daarnaast komen de meeste belemmerende factoren om borstvoeding voort te zetten ook overeen met de literatuur, zoals pijnlijke en/of kapotte tepels, onvoldoende melkproductie en vermoeidheid. In tegenstelling met de literatuur had het volgen van prenatale borstvoedingslessen geen positieve invloed op de borstvoedingsduur, omdat er op Aruba weinig informatieavonden over borstvoeding georganiseerd worden.
Conclusie
Uit dit onderzoek kan geconcludeerd worden dat kennis over de voordelen van borstvoeding, zelfeffectiviteit en rooming-in de drie meest voorkomende bevorderende factoren zijn volgens de respondenten. Daarnaast zijn kapotte en/of pijnlijke tepels, vermoeidheid en onvoldoende melkproductie de voornaamste belemmerende factoren om (exclusief) borstvoeding voort te zetten gedurende een langere periode.
Aanbevelingen
Naar aanleiding van dit onderzoek wordt aanbevolen om vaker borstvoedingsavonden te organiseren voor toekomstige ouders, zodat zij het belang van het geven van borstvoeding inzien en meer informatie hieromtrent te weten komen.
Organisatie | HZ University of Applied Sciences |
Opleiding | Verpleegkunde & Verloskunde |
Afdeling | Academie voor Zorg & Welzijn |
Domein Health, Education & Wellbeing | |
Partner | HZ University of Applied Sciences, Vlissingen |
Datum | 2018-06-25 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |