Psychological aspects of hematopoietic stem cell transplantation in patients with hematological malignancies
Proefschrift A.M.J. BraamsePsychological aspects of hematopoietic stem cell transplantation in patients with hematological malignancies
Proefschrift A.M.J. BraamseSamenvatting
Patiënten met hematologische maligniteiten die behandeld worden met hematopoëtische stamceltransplantatie (HSCT) staan voor de uitdaging om te gaan met een levensbedreigende ziekte en een stressvolle behandeling. Een deel van de patiënten rapporteert psychische klachten als angst of depressie na behandeling met HSCT, welke een negatieve invloed hebben op hun kwaliteit van leven. Behandeling van deze psychische klachten verdient daarom aandacht en zal naar verwachting leiden tot een verbetering van kwaliteit van leven.
Tot op heden is er echter geen systematisch aanbod van ondersteunende psychische zorg voor deze patiëntengroep. Het algemene doel van dit proefschrift is het bestuderen van de effecten van en de behoefte aan ondersteunende psychische zorg na behandeling met HSCT bij patiënten met hematologische maligniteiten. Er wordt ingegaan op de volgende specifieke onderzoeksvragen:
Is het aanbieden van een interventieprogramma gericht op psychische ondersteuning aan patiënten die behandeld worden met autologe stamceltransplantatie, effectief in het reduceren van angst- en/of depressieve symptomen en het verbeteren van de kwaliteit van leven? Welke specifieke problemen en zorgbehoeften hebben patiënten na behandeling met HSCT? Welke motieven hebben patiënten om (geen) ondersteunende hulp te zoeken na
HSCT? En ten slotte, welke factoren voorspellen de kwaliteit van leven van patiënten na behandeling met HSCT?
Achtergrond
De term ‘hematologische maligniteiten’ staat voor kanker in het bloed, beenmerg en/of de lymfeklieren. Hieronder vallen onder andere de diagnoses leukemie, lymfoom en multipel myeloom. Voor patiënten die gediagnosticeerd zijn met hematologische maligniteiten, is hematopoëtische stamceltransplantatie (HSCT) een vaak gebruikte eerste of tweedelijns behandeloptie. HSCT wordt gezien als een van de meest belastende en stressvolle behandelingen binnen de oncologische zorg. Ruwweg worden twee typen HSCT onderscheiden: autologe stamceltransplantatie (auto-SCT) en allogene stamceltransplantatie (allo-SCT). Auto-SCT zorgt ervoor dat hogere doseringen chemotherapie kunnen worden
gebruikt dan een menselijk lichaam normaal gesproken aankan: door toediening van stamcellen kunnen het bloedbeeld en beenmerg herstellen nadat deze beschadigd zijn door hoge-dosis-chemotherapie. Bij behandeling met auto-SCT wordt gebruik gemaakt van de eigen stamcellen van de patiënt. Bij allo-SCT worden stamcellen van een donor gebruikt.
Dit laatste heeft als voordeel dat er geen maligne cellen worden getransplanteerd en dat de donorcellen een immunologische reactie kunnen geven tegen ‘lichaamsvreemde’ antigenen.
Deze reactie is gunstig als deze gericht is tegen eventuele resterende kankercellen, maar kan een groot nadeel vormen als de lichaamseigen cellen van een patiënt worden aangevallen.
Dit laatste wordt ‘graft-versus-host’-ziekte genoemd. Graft-versus-host ziekte kan leiden tot ernstige schade aan de lichaamsorganen; patiënten kunnen overlijden aan de gevolgen hiervan.
Organisatie | Hogeschool Inholland |
Afdeling | Domein Gezondheid, Sport en Welzijn |
Lectoraat | GGZ-Verpleegkunde |
Datum | 2015-04-17 |
Type | Proefschrift |
Taal | Engels |