Samenvatting

Aanleiding met onderzoeksvraag:
Het hepatocellulair adenoom (HCA) is een goedaardige levertumor die vooral voorkomt bij vrouwen tijdens hun reproductieve jaren. Het Erasmus MC doet onderzoek naar het gebruik van het ketogeen dieet voor de behandeling van HCA. Dit dieet is een vetrijk, eiwit- en koolhydraatarm dieet dat kan leiden tot metabole veranderingen die vergelijkbaar zijn met die van langdurig vasten. Het dieet kan leiden tot gewichtsverlies en de reductie van portale insulineconcentraties. Het kan een effectieve behandeling vormen voor HCA, mits voldaan wordt aan de criteria voor adherence. Hierbij hoort de volgende onderzoeksvraag: ‘’Wat is de adherence bij vrouwen tussen de 18-50 jaar oud met een BMI>25 met een leveradenoom die het ketogeen dieet volgen gedurende een halfjaar?’’

Methode:
De databanken PubMed en Google Scholar zijn gebruikt op antwoord te geven op het literatuuronderzoek. Voor het kwantitatieve deel zijn de eetdagboekjes geanalyseerd om te kijken of er aan de adherence wordt voldaan. Verder zijn de deelnemers gebeld en zijn er door middel van semi-gestructureerde vragenlijsten de barrières in kaart gebracht.

Resultaten:
Uit het literatuuronderzoek bleek dat meerdere factoren een rol spelen bij de adherence van het ketogeen dieet. Uit het kwantitatief onderzoek bleek dat er gemiddeld gezien aan de naleving van het dieet werd voldaan na 3 maanden, maar dat er geen significant verband was tussen koolhydraat-inname en gewichtsverlies na 6 maanden. Uit het kwalitatief onderzoek bleek dat de deelnemers tijdens de eerste fase van het onderzoek vaker barrières ervaren dan tijdens de tweede fase.

Conclusie:
De adherence van het ketogeen dieet is beperkt op lange termijn. Cultuur, religie, financiën en tijdsmanagment zijn de meest voorkomende barrières die de adherence belemmeren blijkt uit de literatuur. Uit kwantitatief onderzoek blijkt dat de deelnemers gemiddeld gezien alleen in de tweede fase (60 gram koolhydraten) aan de adherence voldoen. Verder is er geen significant correlationeel verband aangetoond tussen koolhydraat inname, BHB-waarde en gewichtsverlies. Uit kwalitatief onderzoek blijkt dat er in de eerste fase meer barrières worden ondervonden dan in de tweede fase. De meest voorkomende barrières zijn: juiste producten vinden, afbouwen en missen van brood en fruit.