De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Deel deze publicatie

Potentiële natuurwaarde na beekdalherstel Amerdiep

rapport

Open access

Potentiële natuurwaarde na beekdalherstel Amerdiep

rapport

Open access

Samenvatting

Voor deze afstudeeropdracht is, in opdracht van Staatsbosbeheer, gevraagd om onderzoek te doen naar de potentiële natuurwaarden die in het gebied rondom het Amerdiep kunnen ontwikkelen. Er liggen beekherstelplannen voor het Amerdiep. Binnen het project is een deelgebied geselecteerd waarvan het landschapsecologisch systeem nog niet voldoende in kaart was gebracht. Hierbij is de huidige ecologische situatie in kaart gebracht middels een landschap ecologische systeemanalyse (LESA). Vervolgens is een effectenvoorspelling gedaan voor de potentiële natuurwaarden van het gebied na de ‘ingreep’. Hierbij zijn ook aanbevelingen gedaan ten aanzien een klimaatrobuuste herinrichting en voor monitoring om te kijken hoe de natuur zich ontwikkelt na de ingreep. Alles tezamen vormt een antwoord op de hoofdvraag: “Welke potentie heeft het geselecteerde gebied nadat het Amerdiepproject is uitgevoerd in het huidige en toekomstige klimaat?”Middels een literatuurstudie en veldwerk is een antwoord op de hoofdvraag geformuleerd. Hierbij zijn de historie en ligging van het gebied tezamen vergelijkbare beekherstelprojecten bestudeerd aan de hand van literatuur. Daarnaast zijn verschillende data zoals: watermetingen, grondboringen en vegetatieopnames in het veld verzameld. Alle data is vervolgens geanalyseerd en onderbouwd met literatuur.Uit het onderzoek blijkt dat er in de huidige situatie van het onderzochte gebied sprake is van: kwelinvloeden, grondwaterstanden die hoog zijn in de winter en in de zomer ver wegzakken, daarnaast is er nauwelijks meer veen maar wel een hoge fosforvoorraad aanwezig. De kwelinvloeden worden afgevangen door een in het gebied aanwezige veraarde veenlaag, die slecht doorlatend is, en naar de sloten afgevoerd. De gemeten abiotische factoren komen overeen met de standplaatsfactoren die de aangetroffen vegetatie indiceren. Er is sprake van een matig voedselrijke tot voedselrijke bodem, die matig tot zwak zuur is en varieert van droog/vochtig tot vochtig. Kijkende naar vergelijkbare projecten en welke effecten de genomen maatregelen daar hebben gehad, kon geen eenduidige conclusie worden getrokken. Dit omdat er te weinig geschikte data beschikbaar is en er vaak onvoldoende monitoring voor of na een project plaatsvindt. Kijkende naar de potenties die het gebied heeft, komt naar voren dat de hydrologie het grootste knelpunt vormt voor de gewenste spontane ontwikkeling van een alluviaal bos1. De te nemen maatregelen, zoals dempen van sloten en deels afgraven van de toplaag, zullen het onderzoeksgebied wel natter maken. Hierbij zullen ook de kwelinvloeden toenemen. Nadelig van de verhoogde grondwaterstanden is de mobilisatie van fosfaat, die voor eutrofiëring in het gebied of elders kan zorgen.De conclusie van het onderzoek is dat het onderzoeksgebied de potentie heeft om, middels spontane natuurontwikkeling, tot een alluviaal bos te kunnen ontwikkelen.De belangrijkste aandachtspunten die uit dit onderzoek naar voren komen zijn:• de huidige hydrologische situatie van het onderzoeksgebied kon onvoldoende in kaart worden gebracht wegens het ontbreken van (recente) data;• er te weinig adequaat wordt gemonitord bij beekherstelprojecten, waarmee het lastig is om het effect van een maatregel te bepalen;• het aan te raden is om de fosforvoorraad dieper in de bodem nader te onderzoeken;• langdurige monitoring van het project is noodzakelijk om de hydrologische - en bosontwikkeling over een periode van tientallen jaren te volgen en daarmee ook kennisontwikkeling te bevorderen.

Toon meer
Organisatie
Afdeling
PartnerHogeschool Van Hall Larenstein
Staatsbosbeheer, Hart van Drenthe
Datum2025-06-15
Type
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk