De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

Een dynamische meetmethode om het bewegingsbereik van de lage rug te meten, met een niet-invasieve techniek gebruikmakend van het wendingspunt

Rechten: Alle rechten voorbehouden

Een dynamische meetmethode om het bewegingsbereik van de lage rug te meten, met een niet-invasieve techniek gebruikmakend van het wendingspunt

Rechten: Alle rechten voorbehouden

Samenvatting

Om het bewegingsbereik van het lage lordotische gebied van de wervelkolom te meten zijn röntgen en MRI de meest gebruikte methoden. Aangezien er bij (alledaagse) bewegingen van de lordotische wervelkolom, bewegingen in verschillende vlakken tegelijkertijd plaatsvinden is het dynamisch meten van het bewegingsbereik van de wervelkolom in drie vlakken, bij gezonde proefpersonen essentieel voor het ontwikkelen van klinische richtlijnen. Bij het meten van het lage lordotische gebied is veel variatie in hoe dit gebied wordt gecategoriseerd, maar dit is per persoon verschillend. Met gebruik van een berekening om de overgang van het lordotische- naar het kyfotische gebied (wendingspunt) te bepalen, kan dit gebied per persoon bepaald worden. Het doel van deze studie is dan ook om een methode te ontwikkelen waarmee met behulp van het wendingspunt het bewegingsbereik van het lage lordotische gebied op een dynamische, niet-invasieve manier, in drie vlakken bepaald kan worden.
Er werden 10 proefpersonen gemeten, 5 mannen en 5 vrouwen, leeftijd 24 (SD±1,48). De proefpersonen kregen 18 reflecterende markers (4mm.) in drie kolommen op het midden van de rug geplakt en 1 op elke SIPS. Er werden 6 bewegingen - flexie/extensie, lateroflexie en rotatie - vastgelegd met een videoregistratie systeem (VICON). Vanuit rechtopstaande positie werd de hoogte van het wendingspunt berekend en omgezet naar een percentage zodat in elke beweging de positie van dit wendingspunt gebruikt kon worden om de hoeken in de uiterste standen te berekenen. Het ICC voor alle bewegingen is boven de 0.95 (p<0.0001). Met deze methode kunnen alle bewegingsuitslagen in het werkelijk lordotische gebied, dat aanwezig is tijdens rechtopstaande positie, in alle posities in drie vlakken worden berekend. Tevens is deze methode geschikt om het verloop van werkelijke wendingspunt te onderzoeken.

Toon meer
OrganisatieDe Haagse Hogeschool
OpleidingTISH Bewegingstechnologie
AfdelingAcademie voor Technologie, Innovatie & Society Den Haag
PartnerMotek Medical, Amsterdam
Jaar2009
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk