Licht Verstandelijke Beperking en jeugdrecht
de kinderrechter : Een handreiking voor de zittende magistratuur voor de behandeling van zaken met jeugdigen en ouders met een LVBLicht Verstandelijke Beperking en jeugdrecht
de kinderrechter : Een handreiking voor de zittende magistratuur voor de behandeling van zaken met jeugdigen en ouders met een LVBSamenvatting
De groep mensen met een licht verstandelijke beperking (verder te noemen: LVB) in de samenleving krijgt steeds meer aandacht. De indruk bestaat dat er een groeiende groep mensen is die niet meer meekomt in de steeds complexere maatschappij. Binnen verschillende werkvelden groeit het besef dat deze groep wordt overvraagd en dat het bieden van een passende bejegening van belang is voor alle betrokkenen.
Onder andere binnen de strafrechtketen is sprake van een oververtegenwoordiging van mensen met een LVB. Hoewel de exacte prevalentie niet bekend is, zijn er signalen dat mensen met een LVB een verhoogd risico lopen op zowel dader- als slachtofferschap. Dit geldt ook voor jeugdigen met een LVB. Zo lijkt meer dan een derde van de jeugdigen in de justitiële opvang en behandelinstellingen een IQ te hebben onder de 85. Ook onder bijvoorbeeld jeugdigen met een jeugdreclasseringsmaatregel wordt het percentage met een IQ onder de 85 groter geschat dan verwacht mag worden op basis van de normaalverdeling. Doordat een LVB lastig te herkennen is, bestaat het risico op onbegrip, overvraging en het incorrect duiden van gedrag. Dit kan bij jeugdigen met een LVB stress en gedragsproblemen opleveren. Ook kan het recidive en secundaire victimisatie in de hand werken. Binnen het jeugdrecht is steeds meer oog voor mensen met een LVB. Zowel in de context van het jeugdstrafrecht, alsook in de context van het jeugdbeschermingsrecht is het niet alleen belangrijk dat een LVB tijdig wordt herkend en erkend, maar ook dat de diverse betrokkenen weten hoe vorm te geven aan een passende communicatie en ondersteuning. Gezien de kwetsbaarheid van de doelgroep vraagt deze immers om een specifieke aanpak, zowel wat betreft de formele procesregels als de toepassing van bijvoorbeeld het straffen. Een passende bejegening kan frustratie en onbegrip bij jongeren en ouders zoveel mogelijk voorkomen en de kans vergroten op waarheidsvinding en een ‘eerlijk proces’ voor mensen met een LVB.
Deze handreiking gaat over jeugdigen en ouders met een LVB en heeft als doel om kinderrechters specifieke kennis en handvatten te bieden die kunnen helpen bij de totstandkoming van een passende bejegening, zowel in een strafzaak als in een jeugdbeschermingszaak. Hiervoor wordt eerst ingegaan op wat een LVB is. Daarna wordt meer algemene kennis gegeven over het herkennen en bejegenen van mensen met een LVB. Ten slotte wordt ingegaan op een aantal specifieke momenten in het werk van kinderrechters waar aanpassing aan een mogelijk aanwezige LVB is vereist.
Organisatie | Hogeschool Leiden |
Afdeling | Faculteit SW/TP |
Lectoraat | LVB en risicovol gedrag |
Jaar | 2019 |
Type | Rapport |
Taal | Nederlands |