Welke blessures komen het meest voor in Ultimate Frisbee Nederland en bestaat er een relatie tussen spelniveau en blessures?
Welke blessures komen het meest voor in Ultimate Frisbee Nederland en bestaat er een relatie tussen spelniveau en blessures?
Samenvatting
Aanleiding:
Ultimate Frisbee is een groeiende sport in Nederland. Er is geen onderzoek gedaan in Nederland naar het soort blessures en het verband tussen niveau en type blessure.
Vraagstelling:
Welke blessures komen het meest voor bij Ultimate Frisbeespelers in Nederland en bestaat er een relatie tussen spelniveau en blessures?
Methode:
De literatuurstudie vormde de theoretische basis voor het onderzoek en diende als leidraad voor de vragenlijst. De methodologische eigenschappen van de artikelen konden niet worden beoordeeld; er werd geen geschikt screeningsinstrument gevonden.
Via het programma SurveyMonkey is een online vragenlijst verstuurd naar de NFB (Nederlandse Frisbee Bond). Na de sluitingsdatum zijn alle data in Excel geanalyseerd en gecontroleerd (handmatig).
Een aantal vragen uit de vragenlijst zijn via draaitabellen en kruistabellen met elkaar vergeleken om zo antwoorden te krijgen op de hoofd en deelvragen.
Resultaten:
76 procent van de ultimate frisbeespelers is in de afgelopen drie jaar geblesseerd geweest. De meest voorkomende blessure in het frisbee is de enkelblessure; uit het onderzoek blijkt dat 20,2 procent van de frisbeeblessures bestaan uit enkelblessures. Ook knieblessures (13,3%) en blessures aan de kuit en/of het onderbeen (inclusief schenen) komen vaak voor (11,6%).
Op het hoogste niveau (eerste divisie en nationaal team) staan de enkel (16,7%), de knie (12,7%) en de lage rug (11,3%) in de top drie. Deze top drie verschilt van de spelers die op lager niveau spelen; enkel (22%), knie (13,6%), kuit/onderbeen (13,6%) en lage rug (9%). Opvallend is dat blessures aan de kuit en/of het onderbeen vaker voorkomen in de lagere divisies dan in de hoogste divisie (13,6% vs. 7,9%).
Overgewicht (hoog BMI) is een risicofactor bij het ontstaan van frisbeeblessures.
Er is geen tot weinig verband tussen de mate van blessuregevoeligheid (blessure: ja/nee en terugkerende blessures: ja/nee) en de ondergrond.
Conclusie:
Deze studie maakt inzichtelijk welke blessures het meest voorkomen bij frisbeespelers in Nederland. Vervolgstudies moeten inzichtelijk maken hoe -met name terugkerende- blessures voorkomen kunnen worden.
Organisatie | Hogeschool Utrecht |
Opleiding | Fysiotherapie |
Afdeling | Bewegingsstudies |
Jaar | 2013 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |