Hoe kan een onvoldoende loopactiviteit van melkkoeien naar een melkrobot, op bedrijven waar een TMR-rantsoen wordt gevoerd, voorkomen, of verbeterd en vervolgens goed behouden worden?
Hoe kan een onvoldoende loopactiviteit van melkkoeien naar een melkrobot, op bedrijven waar een TMR-rantsoen wordt gevoerd, voorkomen, of verbeterd en vervolgens goed behouden worden?
Samenvatting
Het is bekend dat er verschillende soorten automatische melksystemen te verkrijgen zijn en er verschillende soorten manieren van voeren van het ruwvoer is. Het is echter nog niet duidelijk voor bedrijven hoe zij moeten omgaan met het melken met een melkrobot en het voeren vaneen TMR-rantsoen, aangezien deze al rijk is aan voedingsstoffen en hierdoor het lokeffect naar de melkrobot minder is. Er zijn steeds meer melkveehouders gebruik gaan maken van een TMR-rantsoen, om een zo compleet mogelijk rantsoen voor het voerhek te hebben liggen en hiermee een zo goed mogelijke productie te behalen. In Nederland zijn er verschillende merken automatische melksystemen te verkrijgen met alle denkbare opties. Het gaat bij dit onderzoek specifiek over de melkveevoeding en dan per definitie over de TMR-voeding in relatie met robot melken. In het TMR-rantsoen zitten alle krachtvoeders in het voer verwerkt en hierdoor kan de loopactiviteit naar de melkrobot verminderen. Om dit te onderzoeken is dan ook de hoofdvraag opgesteld: “Hoe kan een onvoldoende loopactiviteit van melkkoeien naar een melkrobot, op bedrijven waar een TMR-rantsoen wordt gevoerd, voorkomen, of verbeterd en vervolgens goed behouden worden?”
Organisatie | Aeres Hogeschool |
Afdeling | Dier- en Veehouderij |
Partner | Aeres Hogeschool Dronten |
GEA Farm Technologies | |
Datum | 2021-01-11 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |