Samenvatting

Stikstof is een bekend probleem binnen de Nederlandse melkveehouderij. Het efficiënt omgaan met mest, voer en vee is daardoor de laatste jaren steeds interessanter geworden. Uit de onderzochte literatuur blijkt dat het Jersey ras wereldwijd steeds populairder wordt, het ras gaat efficiënt om met voer en realiseert door het hoge vet en eiwit percentage in de melk een hoge melkprijs per liter melk. De hoofdvraag van het onderzoek luidt als het volgt: Wat zijn de verschillen in stikstofefficiëntie tussen Jersey en Holstein Friesian koeien? Deze hoofdvraag wordt beantwoord aan de hand van vier deelvragen: 1) Wat is de gemiddelde stikstofopname van Jersey en Holstein Friesian? 2) Wat is de gemiddelde stikstofproductie van Jersey en Holstein Friesian? 3) Wat is de gemiddelde stikstofefficiëntie van Jersey en Holstein Friesian? 4) Hoe is de stikstofefficiëntie te verbeteren op het gebied van fokkerij? De variabelen die nodig waren voor het beantwoorden van de deelvragen werden verkregen door het benaderen van veehouders. Er werden twaalf veehouders met een Jersey veestapel benaderd en twaalf veehouders met een Holstein Friesian veestapel. Uiteindelijk bleven er van deze veehouders zes over met zuivere Jerseys en acht met zuivere Holstein Friesians. De gegevens die werden opgevraagd betreffen de totale drogestofopname, het ruw eiwit in het rantsoen, de melkproductie per koe per dag en het eiwit percentage in de melk. Alle gegevens werden verwerkt in een vragenlijst die de veehouders kregen opgestuurd, hierin kwamen ook een aantal open vragen over het fokken op stikstofefficiëntie aan bod. Uit de resultaten blijkt dat de stikstofopname (deelvraag 1) bij de Jersey koeien significant lager is dan bij de Holstein koeien. Ook de stikstofproductie is lager bij de Jersey koe (deelvraag 2). Tussen de stikstofefficiëntie van de twee rassen is geen significant verschil gevonden (deelvraag 3). Veehouders geven bij de open vragen aan dat het fokken op stikstofefficiëntie op dit moment nog geen fokdoel is. Wel blijkt dat een groot deel van de ondervraagde veehouders toekomst ziet in het fokken op stikstofefficiëntie (deelvraag 4). Op basis van resultaten kan geconcludeerd worden dat geen significant verschil te zien is tussen de stikstofefficiëntie van beide rassen. Door verder onderzoek te doen en de gegevens van meer veehouders te analyseren zou er een andere uitslag uit het onderzoek kunnen komen. Ook het vaker analyseren van de gegevens zou tot een andere uitslag kunnen leiden. Het advies naar de veehouders rondom de fokkerij is om het fokken op een lager ureum te proberen. Uit de onderzochte literatuur blijkt dat het ureumgericht fokken een hoge erfelijkheidsgraad heeft, hierdoor kan er snel vooruitgang geboekt worden.