Samenvatting

Dit praktijkonderzoek (N=1 onderzoek) gaat over de interventies die er zijn voor kinderen die moeite hebben met lezen. In het protocol Leesproblemen en Dyslexie voor het Speciaal Onderwijs (Wouters & Wentink, 2005) worden onder andere de interventies Connect en Ralfi weergegeven die er voor kunnen zorgen dat kinderen vooruitgang boeken bij het lezen. In dit onderzoek vergelijk ik Connect en Ralfi met de methode: "Toch nog leren lezen?" van de heer Verhagen. De methode:
"Toch nog leren lezen?" is geschikt voor leerlingen die stagneren in het aanvankelijk lezen (AVI 0 t/m 4). In het basisonderwijs betreft het vaak zittenblijvers in de groepen 3 en 4. In het speciaal basisonderwijs (SBO) is deze methode geschreven voor leerlingen die na 1 a 2 jaar AVI niveau 1 niet halen of voor kinderen die later instromen in het SBO voor wie een spoedcursus vereist is.

Het doel is dat uitvallers in het basisonderwijs en uitvallers in het speciaal basisonderwijs in 1 a 2 jaar minimaal instructie AVI 7 bereiken. De leerling waar dit onderzoek over gaat is een kind uit het speciaal basisonderwijs van 11 jaar met ernstige enkelvoudige dyslexie. Hij heeft de afgelopen jaren weinig vorderingen gemaakt op leesniveau ondanks de interventies Connect en Ralfi. Ik heb dit kind begeleid met de methode: "Toch nog leren lezen?" via de Leesdeelweg en de Dolle Drietjesweg. De methode start met het direct en nauwkeurig leren lezen van tweeklankige woorden en zinnen. Na intensieve begeleiding en veel oefenen kunnen we concluderen dat de methode: "Toch nog leren lezen?" er toe heeft bijgedragen dat dit kind ondanks zijn dyslexie toch nog beter heeft leren lezen!