Hoe ben jij leesknap
anders leren lezen in groep 3Hoe ben jij leesknap
anders leren lezen in groep 3Samenvatting
Er is sprake van een ontwerpgericht praktijkonderzoek. De interventie in dit onderzoek is na literatuurstudie tot stand gekomen. Het beoogt een directe verbetering van de onderwijspraktijk voor het aanvankelijk technisch lezen in groep 3. Het is tevens een experiment. Er wordt gewerkt met een experimentele groep die begeleiding krijgt vanuit MI en een controle groep die begeleiding krijgt vanuit de methode "Veilig Leren Lezen". In december 2011 vindt een nulmeting plaats bij leerlingen uit de groepen 3. Er zijn 4 leerlingen uit een groep 3 geselecteerd die de experimentele groep vormen. Dan zijn er 4 leerlingen uit een andere groep 3 geselecteerd die de controle groep vormen. Vanaf januari 2012 tot begin april 2012 vindt de interventie plaats in de vorm van leesbegeleiding op zorgniveau 2. Begin april vindt de eindmeting plaats. Uit de nul- en eindmetingen van de leesresultaten, blijkt dat leerlingen uit de experimentele groep meer zijn gegroeid ten opzichte van zichzelf dan leerlingen uit de controle groep. De verbetering is vooral te zien bij de klankzuivere woorden van de DMT toets (figuur 4 en 5 van hoofdstuk 4). Een verklaring vanuit de literatuur die hierbij past, is dat een effectieve begeleiding moet aansluiten bij specifieke leerbehoeften (Verbeeck, 2008; Westwood, 2008) van leerlingen. Het inzetten van de sterk ontwikkelde competenties draagt ertoe bij dat de leesachterstand minder groot wordt (van der Leij, 2003). Uit de nul- en eindmetingen van de leesmotivatie, blijkt dat leerlingen uit de experimentele groep meer zijn gegroeid ten opzichte van zichzelf dan leerlingen uit de controle groep. Een hogere mate van nieuwsgierigheid, een hogere voorkeur voor lezen in sociale context en een hogere mate van concentratie bij deze groep verklaart deze groei. Een uitzondering hierop zijn de gegevens over leesplezier,vanuit de ouders, die op dezelfde vragen andere informatie geven dan hun kinderen (zie figuur 8-9 en figuur 10-11, hoofdstuk 4). Het zichtbaar maken van elke kleine verbetering (Paternotte, 2010) na alle meetmomenten is in dit onderzoek door alle leerlingen positief ervaren. De coöperatieve werkvormen (Buter, 2004) bij de experimentele groep hebben in dit onderzoek geleid tot een hogere concentratie, blijkt uit de observatie gegevens (zie figuur 12-13). Het geloof in eigen competentie en zichtbaar bereikte leesresultaten (Gutrie, Wigfield, Tonks en Perevich, 2004) heeft bij de leerlingen uit de experimentele groep ertoe geleid dat zij aangeven vaker samen te willen lezen. Ze durven te laten zien wat ze al kunnen. Conclusies vanuit dit onderzoek: Het werken vanuit de intelligentie waarmee een leerling "matcht" kan bijdragen tot een verbetering van de leesmotivatie en het leesplezier van de leerlingen, maar het is geen garantie voor het verbeteren van de leesvaardigheid voor alle leerlingen. Een leerling uit de experimentele groep stagneerde tijdens dit onderzoek bij de leesresultaten, ondanks effectieve leesbegeleiding vanuit "matching" met de sterk ontwikkelde intelligentie. Er kan mogelijk een andere oorzaak zijn voor deze stagnatie, maar ook hierbij geldt de belangrijke opmerking van Westwood (2008): " There is not an unique methodology applicable only to SpLD(Special Learning Disabilities-ed)students. There is a range of valuable teaching strategies that would be helpfull."
Organisatie | Fontys |
Afdeling | Fontys Opleidingscentrum Speciale Onderwijszorg |
Jaar | 2012 |
Type | Master |
Taal | Nederlands |