Samenvatting

"In dit actieonderzoek, uitgevoerd op mijn basisschool, ga ik op zoek naar antwoorden op de vraag hoe ik mijn collega's dusdanig kan professionaliseren dat zij een hoogbegaafde leerling kunnen herkennen en de educatieve behoeftes van de hoogbegaafde leerling in kaart kunnen brengen. Dit gebeurt aan de hand van vijf deelvragen. De interventie bestaat uit het geven van workshops, waarin kennisoverdracht plaatsvindt over hoogbegaafdheid en het maken van handelingsplannen. De workshops zijn gebaseerd op het multifactorenmodel van Heller (1992) en het principe van handelingsgericht werken van Pameijer & Van Beukering (2007). Vóór en na de interventie wordt door de leerkrachten de zelfbeoordelingvragenlijsten (Van Gerven, 2008) ingevuld. Om de handelingsplannen te kunnen beoordelen zijn checklisten ontworpen naar de theorie van Pameijer &Van Beukering (2007).
Als belangrijk instrument is gebruik gemaakt van het digitaal handelingsprotocol hoogbegaafdheid (Van Gerven & Drent).
Resultaten van dit onderzoek geven aan dat scholing voor de leerkrachten op het gebied van hoogbegaafdheid zeer gewenst is. Dit sluit aan bij de theorie van Wolters (2008) dat bij scholing over hoogbegaafdheid wordt voorkomen dat er veel talent verloren gaat en kinderen ongemotiveerd en/of depressief raken. Scholing zal voor de leerkrachten leiden tot een toename van herkenning van hoogbegaafdheid en het passend reageren op de educatieve behoeften van de hoogbegaafde leerlingen. Dit alles vraagt een andere kijk op klassenorganisatie en draagkracht van directie en team.
"