Niet alle myopie is progressief! De mate van myopie na behandeling voor prematuren retinopathie
Niet alle myopie is progressief! De mate van myopie na behandeling voor prematuren retinopathie
Samenvatting
Doelstelling: Prematuren retinopathie (ROP) is wereldwijd een grote oorzaak voor blindheid bij kinderen. Er zijn verschillende behandelmogelijkheden, waaronder de laser en anti-vasculaire endotheliale groeifactoren (VEGF). Lasercoagulatie kan hoge myopie tot gevolg hebben, maar prematuren hebben op zichzelf al meer risico hierop. Hoge myopie kan oogheelkundige pathologie tot gevolg hebben, wat invloed heeft op het visueel functioneren en de gezondheid van het oog. Het doel van dit onderzoek is om inzicht te krijgen in de mate van myopie die ontstaat bij verschillende behandelingen voor ROP.
Methode: In de databank PubMed is gezocht naar literatuur. De artikelen zijn beoordeeld op titel, samenvatting en volledige tekst. Van de artikelen, die binnen de in- en exclusiecriteria vielen, is een beoordelingsformulier ingevuld. In totaal zijn tien geschikte artikelen gevonden.
Resultaten: Het gemiddelde sferisch equivalent (SE) in de intravitreale bevacizumab groepen loopt in de studies uiteen van 0.74 dioptrie (D) tot -3.70 D. De anti-VEGF ranibizumab, werd in slechts twee studies onderzocht. Hierbij loopt het gemiddelde SE uiteen van 1.15 D tot -1.79 D. Het gemiddelde SE in de lasergroep loopt uiteen van 0.75 D tot -10.10 D.
Conclusie: De mate van myopie na lasercoagulatie is in de meeste studies hoger in vergelijking met de anti-VEGF behandeling, bij kinderen tot en met 8 jaar met prematuren retinopathie. De myopie-waarden lopen echter uiteen.
Organisatie | Hogeschool Utrecht |
Opleiding | Oogzorg |
Afdeling | Paramedische Studies |
Partner | Hogeschool Utrecht |
Datum | 2019-06-11 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |