Samenvatting

Payrolling is wegens recente ontwikkelingen veel in beweging. Recente uitspraken omtrent payrolling en het wetsvoorstel Werk en Zekerheid zorgen ervoor dat payrolling een interessante constructie vormt. Payrolling kennmerkt zich als een driehoeksrelatie tussen de werknemer, de inlener en het payrollbedrijf, waarbij het formele werkgeverschap en het materiële werkgeverschap wordt opgesplitst. Dit leidt tot onduidelijkheden voor de werknemer, die niet weet welke partij aangesproken kan worden tot nakoming van de werkgeversverplichtingen.
Payrolling wordt vaak vergeleken als een vorm van uitzenden. In het onderzoeksrapport is onderzocht of dit daadwerkelijk het geval is. Daarnaast is onderzocht met welke partij de inlener een arbeidsovereenkomst heeft. Uit de analyse blijkt dat payrolling enkel ten doel heeft de lasten van het werkgeverschap te omzijlen dan wel uit te besteden. Dit gaat ten koste van de rechtsbescherming van de payrollwerknemer. Dit vindt ondermeer zijn uiting in de beleidsregels van het UWV omtrent payrolling, waarin een soepele ontslagtoets wordt gehandhaafd.
Voorts is onderzocht wat de gevolgen zijn van payrolling voor de werknemer in geval van een overgang van onderneming. Tenslotte wordt het wetsvoorstel Werk en Zekerheid behandeld, met name wat relevant is voor payrollwerknemers.